VAN HET GESLACHT CLETCHER
47
•l
3)
Not. act. 134 (248).
2) Not. act. 112 (158).
"j Not. act. 148 (550).
Johan is vermoedelijk de eenige
zoon van Anna Hoeufft.
juweelen Jdie hij verschaft, zijn relaties met den zeep-
sieder Ghijsberti uit Delft, uit alles blijkt dat Cletcher
een man moet zijn geweest van groote werklust en be
langstelling, die door eigen kracht, maar toch ook voor
een deel door een gelukkigen samenloop van omstandig
heden is geworden tot een man van aanzien, het hoofd
van zijn geslacht, de vader van zonen, die door zijn
werkzaamheid het leven onder heel andere omstandig
heden konden beginnen, dan hijzelf.
In Augustus 1659 2) wordt Thomas voor het eerst als
oud burgemeester genoemd. Hij schijnt zich dan meer
en meer van zijn ambten terug te trekken en vestigt zich
te Amersfoort in de buurt van zijn zoon Thomas, burge
meester van deze stad. Daar sterft hij in 1668 3).
10 October van dat jaar verzoeken zijn kinderen:
Thomas, burgemeester van Amersfoort, Hendrik, Secre
taris van Staat in Zweden, Robert en de minderjarige
Johan4), Otto Viglius, man en voogd van Anna Clet
cher, den boedel van Thomas te likwideeren.
Hoe het geslacht zich dan verder ontwikkeld heeft,
kan waarschijnlijk in de Amersfoortsche Archieven wor
den gevonden; uit den Haag hebben de Cletchers zich
na 1660 teruggetrokken.
Het lag voor de hand om, tegelijk met het onderzoek
naar het leven van Thomas Cletcher, na te gaan of de
Haagsche schilder Daniel Cletcher, van wien wij een drie
tal schilderijen leerden kennen, verwant was met den ju
welier en burgemeester. Als schilder was Daniel Cletcher
slechts enkelen ingewijden bekend, al teekende reeds in