IETS OVER TOBIAS BOAS EN ZIJNE RELATIES 54 over de Familie Boas, die bijna een eeuw een voor name rol in Den Haag en in het jodendom gespeeld heeft, naar voren kon brengen en het is wel heel dui delijk en historisch zeker geworden, dat deze wetge- trouwe joodsche bankiers een zeer belangrijke en loyale rol hebben gespeeld in de Republiek, die zij op finan cieel gebied meermalen met raad en daad hebben bij gestaan. De positieve bewijzen daarvoor werden zeer versterkt door de publicatie van de Gedenkschriften van Gijsbert Jan van Hardenbroek. Daarin staat o.a. wat Boas betreft het volgende: „December 1750, werd seer bedektelijk bij de Gene raliteit een millioen genegotieert sonder kennisgeving aen de provintien ofte een negotiatie uit te schrijven, alleenig werd Boas en een ander onder de hand gelast, dit geit te beschikken, 't welk ook geschiedt, die bij betaling considerable daarop winnen”. Alleen deze weinige regels zouden reeds voldoende zijn om aan te toonen, dat er in die jaren in Den Haag een jood Boas gewoond heeft, die belangrijke finan- cieele relaties met de Regeering onderhield. Hoewel in het bovenaangehaalde werk zeer uitvoe rig over de familiesamenstelling van Boas is uitgewijd acht ik het nuttig zeer in het kort de familierelaties der Boassen ten opzichte van elkander hier nog even weer te geven, hetgeen tot goed begrip gewenscht is. De meest bekende der Boassen en dezelfde, waarover in het boven aangehaalde bericht van Hardenbroek sprake is, was Tobias Boas. Deze was 3 Nov. 1696 geboren als zoon van Abra ham Boas, die in joodsche kringen veelal bij zijn tweeden naam Hijman (Chajim) Boas genoemd werd, en diens vrouw Maria Tobias Magnus. Deze Abraham Boas was uit Striem in Posen naar Nederland geko-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1932 | | pagina 69