74 SCHRIJVEN OVER MARINEZAKEN DOOR „Whips” noemden. In latere jaren voegden zij in brie ven aan hunne oud-medeleden bij hunne onderteeke- ning den titel van „oud-Whip”. De gissing zal wel niet te gewaagd zijn, dat de letter O van den schrijver der brochures aan die oude herinnering is te danken. Wanneer wij echter van de beroeringen hooren, welke de eerste brochure „Iets over de Nederlandsche Marine”, in marinekringen in den Haag te weeg bracht, kunnen wij de voorzorgen van den schrijver om zijn naam geheim te houden, beter begrijpen. De lezing van het vlugschrift zoude die uitwerking niet doen vermoeden. Het telt 16 bladzijden in octavo, is in kalme bewoordingen gesteld en geeft den indruk van eene oprechte overtuiging en van warme liefde voor de marine. In de reeds hiervoren genoemde courant van 2 Fe bruari werd in een stuk, onderteekend „een gewezen zeeofficier”, met instemming een kort overzicht ge geven van den inhoud en in die van 11 Februari wordt in een ingezonden stuk, onderteekend Z. (d.i. Zillesen) de verklaring afgelegd, dat inzender met genoegen de brochure heeft gelezen. Hij zegt: „De geachte schrijver na waardig den lof aangestipt te hebben dien het 1) Door de welwillendheid der beheerders van het Krijgsge schiedkundig Archief van den Generalen Staf werd ik in de ge legenheid gesteld kennis te nemen van de verschillende brochures. Ook de door mij gevraagde inlichtingen omtrent data en bijzon derheden van den dienst werden mij met groote bereidwilligheid onmiddellijk verstrekt. Daarom zij hier oprechte dank gebracht aan den directeur, den gepensionneerden Kolonel der Artillerie C. C. de Gelder en aan zijne medewerkers: den gepensionneerden Generaal-majoor der Mariniers C. N. C. Cazaux van Staphorst en den oud-Inspecteur van Scheepvaart in Nederlandsch-Oost- Indië W. C. B. Wintgens. De hulpvaardigheid van den eenigen ambtenaar Ph. H. Evers mag hier niet vergeten worden.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1932 | | pagina 89