VIJFTIG JAAR „HAAGSCHE COURANT”
151
capaciteit van 50.000 exemplaren per uur, welke 50 jaar
later den arbeid van deze snelpersen zouden voortzetten,
maakt immers die „nieuwe groote persen” van 1883 tot
hopelooze antiquiteiten. In het raam van hun tijd waren
zij echter een teeken van den krachtigen vooruitgang,
die zich later telkens en telkens weer zou herhalen in de
geschiedenis van de „Haagsche Courant”.
Het is hier wellicht al de gelegenheid, om vast te leggen,
dat de geest, waarin de redactie van de „Haagsche Cou
rant” gevoerd moest worden, van den beginne af door den
jongen Albert Sijthoff nauwkeurig was aangegeven en
dat hij in latere jaren steeds zijn hoofdredacteuren en
medewerkers wist te doordringen van de noodzakelijk
heid, om van die eenmaal ingeslagen richting, welke hij de
eenig goede oordeelde, niet af te wijken. Een nieuwsblad,
met uiterst actueelen en geperfectionneerden inhoud, niet
gebonden aan partijpolitiek, wilde hij den Hagenaars
geven, zonder dat het blad nochtans meeningloos was,
waar het vraagstukken gold van algemeen, locaal of lan
delijk belang. Dat algemeene belang vooral, alsmede het
steunen van orde en gezag, was het richtsnoer en moest
het richtsnoer blijven. Hoe ook de omstandigheden in die
latere vijftig jaar zich veranderden, aan dit principe heeft
de uitgever en later de zoon-uitgever tot op den huidigen
dag vastgehouden.
Het was na de eerste vergrooting van de capaciteit der
drukmachines met het toenemen der abonné's crescendo
blijven gaan en Albert Sijthoff begon reeds spoedig in te
zien, dat het voor hem noodzakelijk werd, een eigen druk
kerij te stichten. Tot dusver was namelijk de „Haagsche
Courant” in „loondruk” gegeven bij de Zuidhollandsche
Boek- en Handelsdrukkerij, gevestigd in het pand
Wagenstraat 70. De belangen van deze drukkerij, waar
men zelf nog volop ander werk had, kwamen al te spoedig