IN MEMORIAM M. MOUTON 6 geven aan het uiterlijk van ons orgaan ten goede kwam, ook nog niet omdat bovendien in de zéér moeilijke jaren van den Oorlog en daarna de tegemoetkomende houding van onzen uitgever het volhouden der uitgave bleef mogelijk maken, maar naar mijn gevoel vooral om de wijze, waarop hij dit alles deed. Reeds mijn eerste bijdrage, in het Jaarboek van 1907, bracht mij met Mouton in aanraking. Zij gaf enkele typo grafische moeilijkheden, en het deed hem pleizier zoo iets in gezamenlijk overleg op te lossen. Toen ik een paar jaar later redacteur werd, ervoer ik dat eerst recht: de door en door kundige vakman, de man van goeden, voornamen smaak decreteerde nooit zijn inzicht, was gevoelig voor anderer oordeel, dankbaar zelfs voor elke opmerking, ook al bleek dikwijls, dat hij zelf toch juist had gezien. Als de redacteur iets in het belang van het Jaarboek of van de Vereeniging achtte, dan vond hij altijd een welwillend gehoor en de cijfers en berekeningen, die de zakenman voorleggen moest, waren inderdaad wel eens „geflat teerd”maar dan ten bate onzer vereenigingskas! Met welk een genoegen bezorgde hij in de „gulden dagen” van weleer ons Jaarboek in groot formaat, of onzen mooien Historischen Atlas; wat deed hem de moge lijkheid van de gekleurde kaart in ons laatste boekje weer pleizier! Het redacteurschap mijn opvolger zal het met mij eens zijn! heeft naast zijn aangename kanten, in ruime mate zijn zorgen. Maar als men op het uitgeverskantoor, of in de voorhal der drukkerij ontvangen wordt door een kunstgevoelig en humaan man als Mouton was, dan wordt het wel gemakkelijker gemaakt. Hetgeen over hem gezegd en geschreven werd, na zijn overlijden, deed zien, dat zijn houding zóó was op elk gebied van zijn werk zaamheid en dat hij er dan ook in geslaagd is een sfeer

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1933 | | pagina 16