INTERNATIONALE FIGUREN
170
het isolement, althans van internationalen aard, werd ver
lost, is te danken aan Mr. T. M. C. Asser, den man, die
bij zijn afscheid van de Amsterdamsche Hoogeschool
erkende, dat de schepping van het internationaal privaat
recht door hem als zijn levenswerk werd beschouwd.
Inderdaad heeft Asser dit internationaal privaatrecht uit
het niet geschapen, al kon hij steunen op voorbeelden van
lang verleden en van recenten datum. En datgene wat
zelfs den machtigen, zij het ook jongen Italiaanschen
Staat bij monde van zijn Minister Mancini niet gelukte,
verwezenlijkte Nederland. De voornaamste Mogendheden
van Europa, met uitzondering van Groot-Brittannië, dat
aan dezen voor-oorlogschen arbeid niet deelnam, waren
ter conferentie vertegenwoordigd, en de resultaten strekten
zich na 1904 over bijkans geheel het oude werelddeel uit.
Asser werd, reeds dadelijk bij het bijeenkomen der eerste
conferentie, als de aangewezen voorzitter beschouwd,
maar om zich heen verzamelde hij gedelegeerden, van wie
sommigen tot de besten op hun gebied behoorden. Wij
laten de beide mannen, die in dezen arbeid Asser in het
bijzonder terzijde hebben gestaan, den Franschen hooglee-
raar Renault en den Russischen jurist Von Martens, even
ter zijde. Duitschland, dat aanvankelijk door Von Secken-
dorff werd vertegenwoordigd, bracht in 1900 en later den
zoo bekenden jurist Kriege ten tooneele. Oostenrijk zond
voor de beide deelen der Donau-Monarchie gescheiden
delegaties, terwijl van Deensche zijde reeds dadelijk Prof.
Matzen, die later in het Permanente Hof van Arbitrage
zou plaats nemen, ter conferentie kwam. Van Italiaansche
zijde treffen de namen van een Prof. Gusinato, maar ook
reeds spoedig van Pierantoni; België werd nevens den
gezant te 's-Gravenhage door den bekenden advocaat van
Cleemputte vertegenwoordigd, terwijl Zweden en Noor
wegen, ook vóór hun scheiding, afzonderlijke delegaties
