IN HAAGSCHE OMGEVING
171
zonden, die de figuren van een Hammerskjöld en een Beich-
mann onder de aandacht brachten. Volstonden de overige
landen met te delegeeren hun gezanten te ’s-Gravenhage,
bijgestaan hetzij door juridische technici, hetzij door
legatieraden of legatie-secretarissen Nederland zelf
heeft van den aanvang af met juristen van beteekenis ter
conferentie geschitterd. Nevens Asser was er in den loop
der vier keeren Mr. E. N. Rahusen; in de beide eerste
jaren nam de heer Beelaerts van Blokland met Mr. P. R.
Feith een plaats in de delegatie in, terwijl uit de latere
jaren dagteekent het optreden van Mr. Th. Heemskerk,
Mr. B. Ort en Jhr. Mr. J. J. Rochussen. Als gebruikelijk
werd het secretariaat der conferenties in den aanvang
geheel, en later grootendeels door Nederlanders bezet, en
bij het lezen van de namen der secretarissen treft het, dat
het meerendeel hunner in internationale richting verder
Nederland heeft gediend. Wie zich waagt aan de bestu-
deering van de uitvoerige acten van deze achtereenvol
gende conferenties, welke op de gebruikelijke wijze en in
het gebruikelijke formaat door het Ministerie van Buiten-
landsche Zaken zijn uitgegeven, wordt mede getroffen
door de omvangrijke beschouwingen, die aan de behan
delde stof tot in onderdeelen is gewijd.
Maar het zijn vooral de figuren van een Renault en
een Martens, die onze aandacht trekken, want beiden
zijn wellicht ter gelegenheid van deze conferenties voor
internationaal privaatrecht voor het eerst naar Den Haag
gekomen, maar het was voor beiden de eerste van een
reeks belangrijke bezoeken. Louis Renault, in 1843 ge
boren, op ruim 80-jarigen leeftijd gestorven, heeft geheel
zijn leven aan den dienst van het recht gewijd. Geruimen
tijd heeft hij tot de professoren der rechterlijke faculteit
te Parijs behoord, tegelijk dat hij verbonden was aan het
Ministerie van Buitenlandsche Zaken. Vooral ter con-