IN HAAGSCHE OMGEVING
175
wanneer zich dit zou voordoen, niet geantwoord hebben:
„nooit”. Passy’s profetie is in vervulling gegaan, al was
hij een der weinige op den voorgrond tredende pacifisti
sche figuren van dien tijd, die tengevolge van een oog
operatie en grooten ouderdom, vijf jaren later niet kon
tegenwoordig zijn om dit feit te beleven. Reeds toen werd
de jaarlijksche Interparlementaire conferentie als een bij
eenkomst van meer dan voorbijgaande beteekenis be
schouwd. Bertha von Suttner, die aanwezig was en die
aan het gebruikelijke slotdiner de eereplaats had tusschen
Minister van Houten en President Rahusen, vertelt van
het schitterend vuurwerk, dat te Scheveningen werd afge
stoken en waarvan de slotapotheose bestond uit een in
vurige letters stralend: Vive la Paix. Met de leden van de
.conferentie was zij aanwezig op den avond in de Tent,
dien de Haagsche Gemeente aan het internationaal gezel
schap aanbood!
De samenkomst van 1894 heeft, maar dit slechts toe
valligerwijze, behoord tot de voorloopers van 1899. Nog
schijnt niet volledig licht over de wijze waarop men van
Russische zijde ertoe is gekomen om aan Den Haag als
zetel van de eerste Vredesconferentie te denken. Maar wel
staat vast, dat België voor die eer heeft bedankt; een der
weinige onjuiste inzichten, die Leopold II heeft getoond.
En wel staat vast, dat aanvankelijk het enthousiasme van
de Nederlandsche regeering voor deze onderscheiding
niet overmatig groot was, omdat men voorvoelde en voor
zag de moeilijkheden, die in zoo ruime mate aan de orga
nisatie van de Vredesconferentie zouden voorafgaan.
Neen, wanneer men zich in de gedachten van dien tijd
terugdenkt, kan men met zekerheid vaststellen, dat in de
dagen, aan den 18 Mei 1899 voorafgaande, toen de ver
schillende delegaties zich opmaakten naar Den Haag,
noch de residentie, noch in het verder Nederland met meer