INTERNATIONALE FIGUREN 202 arbitrage deed even een stukje emotie van het Permanente Hof van Arbitrage uitgaan; toen keerde de rust terug en werd de gewone loop van zaken hervat. Want al waren er jaren, dat het stil bleef op de Prinse- gracht, telkenmale werden gedingen voorgebracht. Tot de belangrijkste behoorde wel dat van de Duitsche deser teurs van het Vreemdelingenlegioen te Casablanca, door den Duitschen Consul geholpen, doch door Fransche militaire macht aan diens bevoegdheid ontrokken; conflict, dat, terwijl de uitvoering van de Acte van Algeceiras van 1906 geen reden gaf tot wederzijdsche voldoening, gevol gen na zich kon slepen. Belangrijk was ook de taak van de rechtbank, zij het ook niet rechtstreeks uit het Hof voort gekomen, die de grensgeschillen tusschen Zweden en Noorwegen moest afwikkelen en zich daartoe ter plaatse begaf. Belangrijk ook de Italiaansch-Fransche geschillen over door Italië in den Italiaansch-Turkschen oorlog in bezit genomen Fransche schepen; veel later, door den oorlog onderbroken, over claims van verschillende Mo gendheden jegens de Portugeesche Republiek. Maar het grootste, het meest omvangrijke geding was dat tusschen Amerika en Engeland over de reeks vragen, die tezamen de arbitrage vormden over het Newfoundland-vraagstuk, vraagstuk dat tevoren door schrijvers van beteekenis wel eens onontwarbaar was genoemd. Arbiters van uiteen- loopende nationaliteit, maar allen van groot gezag kwamen daartoe naar Den Haag. Lammasch was ditmaal opper - arbiter; de Engelschen zonden rechter Gray en den Presi dent van het Canadeesch Hooggerechtshof Fitzpatrick; de Amerikanen wezen den heer de Savornin Lohman en den bekenden Argentijnschen Minister Drago aan. Het geschil vereischte een dusdanig aantal raadslieden en ge tuigen, dat de vertrekken op de Prinsegracht te klein bleken. Dus verhuisde men voor die gelegenheid naar de

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1933 | | pagina 220