DE GEBOORTE VAN DEN RAADPENSIONARIS
25
onderzoek bracht aan het licht, dat Jacob geboren was
in den tijd, dat zijn vader te Franeker „wegens een
fachieuze affaire” in het gevang verblijf hield. De Heeren
van het Hof, voorzeker ontsteld over dit feit, gaven
maar liever geen verdere bizonderheden aan de open
baarheid prijs; slechts vermeldden zij nog, dat de moeder
„om aan die vader hulpe toe te brengen, sig ook
naa die provincie had begeeven, en bij dat toeval deselve
(Jacob Gilles) aldaar is gebooren”. Aan Jacob werd de
verlangde toelating verleend. De wensch van de Haar-
lemsche regeering om in ieder geval haar candidaat den
begeerden post te doen verkrijgen, zal het zijne daar
toe hebben bijgedragen. Maar wat was daar nu eigenlijk
in Friesland gebeurd? Een vondst in de sententieboeken
van het Hof van Holland bracht tenslotte het gewenschte
licht in deze duistere zaak.1
De Nederlandsche tak van het geslacht Gilles be
hoorde tot die Zuid-Neder landers in de 16e eeuw ter-
wille van het geloof uitgeweken. Zij kwam voort uit
den lageren Vlaamschen landadel. In 1561 week Briesse
Gilles, heer van Minquedorne en aanhanger van de
nieuwe leer van zijn woonplaats Dorlay bij Doornik uit
naar Engeland, hem vermoedelijk door handelsrelaties
reeds bekend. Later vestigde hij zich in de Nederlanden,
waar hij in 1615 te Amsterdam overleed. 2) Zijn nakome
lingen dreven eerst nog voornamelijk koophandel. Ver
schillende leden van het geslacht Gilles zijn in het begin
van de 17e eeuw als kooplieden te Amsterdam gevestigd,
centrum van uitgeweken Vlamingen en Brabanders. Maar
al spoedig bezoeken zij de universiteiten en kiezen de
vrije beroepen.
xj Civiele Sententieboeken Hof. v. Holland, nr. 857 (4 Juli 1695)
en nr. 866 (9 Dec. 1697).
2) Alg. Ned. Familieblad 1905 blz. 349 e.v.