I DE GEBOORTE VAN DEN RAADPENSIONARIS 26 toen nog pas 790a, fol. 53, 54, (notaris (notaris nr. 458, fol. 123v. e.v. Not. Arch. 's-Gravenhage nr. E. Langewagen). 2) Ned. Leeuw 1932 biz. 237 e.v. 3) Attestatieboeken Leiden. 4Not. Arch. ’s-Gravenhage J. Beeckman). Jacob Gilles, grootvader van den raadpensionaris, oefende als advocaat bij het Hof van Holland een drukke praktijk uit. Hij was een vermogend man met zin voor wetenschap en kunst. Toen hij stierf, liet hij onder vele bezittingen, aan zijn oudsten zoon ook een bibliotheek en waardevolle schilderijen van schilders als Goltzius en den in zijn tijd zeer bekenden Porcellis, na. x) Gehuwd was hij met een rijke Amsterdamsche koopmansdochter Sara Boursse, uit het bekende schildersgeslacht van de Bours- ses 2), evenals de familie Gilles van Zuid-Nederlandsche afkomst. In 1676 stierf hij. Zijn zoontje Jacob was 6 jaar. Behalve deze Jacob waren er nog twee kinderen, een zoon Abraham en een dochter Elisabeth. Vaderlijke leiding heeft de jonge Jacob dus niet gekend, maar zijn moeder blijkt toch ook allerminst een gemakkelijke vrouw geweest te zijn. Als jongen van 17 jaar wordt hij inge schreven bij de juridische faculteit te Leiden. En mama Gilles geb. Boursse, die haar zoon zeker niet alleen ver trouwde te midden der gevaren van de universiteitstad, vestigt zich insgelijks aldaar.3) Toch had dit toezicht niet het door de moeder zeker gewenschte resultaat, want spoedig raakte Jacob in een liefdesbetrekking tot een meisje uit Aalsmeer, Maria Cocq, vier jaar ouder dan hijzelf. Dochter van den Aalsmeerschen schout Johan Cocq, kwam zij uit een gezeten burgerfamilie. De groot vader hield in Den Haag een stalhouderij op het Bleyen- burg,4) van zijn drie zoons werden er twee chirurgijn en

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1933 | | pagina 37