JACOB GILLES
29
84,
Holland nr. 857, 4 Juli 1695.
1 Maart 1667 (notaris
Te Koevorden woonde een neef van Maria, Barend
Cocq, een militair apotheker.1) In hoeverre er door
Maria en haar familieleden drang is uitgeoefend tot het
sluiten van het huwelijk, is niet na te gaan, wel dat Jacob
de geldigheid ervan ten stelligste ontkent, daar het, voert
hij aan, gesloten is gedurende zijn minderjarigheid „in
die syne teedere jaaren”, buiten weten van zijn moeder
en niet volgens de wetten van het land (t.w. Holland).
Vreemd is het, dat hun trouwproclamatie in de huwe-
lijksregisters van Koevorden niet voorkomt en ook wijst
de huwelijksvoltrekking in dat plaatsje, daar midden op
de Drentsche hei toch op een zekere onregelmatigheid.
Ondertusschen waren Jacob’s gedragingen zijn moeder
„seer smertelijck” ter oore gekomen. Al zegt Maria Cocq
ook in haar verdediging, dat het in Drente gesloten huwe
lijk met medeweten van de moeder geschied is en zij bij
terugkomst in Holland door deze en de vrienden van haar
man vriendelijk is ontvangen, kan men dit toch moeilijk
voor waar aannemen, daar het paar in 1695 door Sara
GillesBoursse voor het Hof van Holland wordt
gedaagd.2Zij eischt de ongeldigverklaring van het
huwelijk en het Hof beveelt Jacob, den nog minderjarige,
terug te keeren onder de gehoorzaamheid van zijn moe
der. Moet men Jacob zelf gelooven, dan heeft hij dit
maar al te gaarne gedaan, zijn „gepleegde abuyzen, on
gehoorzaamheden ende nulliteyten bitter berouwende”,
ondanks alle plechtige verklaringen en beloften, die
hij volgens Maria aan haar gegeven had. Nooit zou hij
haar verlaten en haar steeds blijven beschouwen als zijn
vrouw, tijdens een ziekte wenschte hij slechts haar bij
J) Staten v. Oorlog, 1691.
Not. Arch. Aalsmeer, nr.
N. Doubleth).
2Civiele Sententieboek Hof van
