JACOB GILLES
33
Jacob Gilles blijkt
haar familieleden
bestaan heeft tusschen haar familie en
wel uit de volgende feiten. Geen van
treden bij de geboorten van de verdere kinderen als ge
tuigen op en jaren later, in 1710 spreekt de Maaslandsche
secretaris Jacob Gilles nog eens in rechten aan om terug
betaling van het in de jaren 1690-1698 aan zijn vrouw
voorgeschoten geld, beloopende een som van 1638 en
7 stuivers.1De gespecificeerde rekening door Dirk Cocq
van deze onkosten opgemaakt en tijdens het proces over
gelegd, heeft het lot van de verdere Gilles-papieren ge
deeld en is niet meer aanwezig.
In hoeverre nu Jacob Gilles' loopbaan beïnvloed is ge
worden door zijn geboorte is tenslotte moeilijk na te gaan.
Wel heeft hij zooveel mogelijk bij alle officieele gebeurte
nissen in zijn leven zijn afkomst trachten te verdoezelen.
Een studietijd, vermoedelijk aan één der buitenlandsche
universiteiten doorgebracht, besloot hij met een examen
aan de Utrechtsche hoogeschool, ingeschreven wordt hij
daar als Haga Batavus. 2
Al zeer jong advocaat,3) nog vóór zijn meerderjarig
heid, had hij eigenlijk een acte van venia aetatis noodig
gehad om bevoegd te worden tot de uitoefening van zijn
ambt, maar hierin zouden jaar en plaats van geboorte ge
noemd hebben moeten worden. Een zoodanige acte wordt
dan ook niet in het archief aangetroffen. Maar eens kon
hij toch niet aan een zekere verklaring ontkomen en wel
bij de reeds boven verhaalde pensionarisbenoeming in
1731 en hij brengt het dan tot de wel zeer verzachtende
verklaring over het Friesche reisje van zijn ouders. Maar
dit alles was voor de heeren regenten toch geen beletsel
1) Civiele Sententieboek Hof v. Holland nr. 899. (24 Nov. 1710.)
2) Album Stud. Rheno Trajec. 1713.
3) Eedboek Advocaten Hof v. Holland nr- 5936. (30 Dec. 1713.)
3