JOHAN SAMUEL CASSA 48 Cassa kan, zooals te verwachten en is uit dat oogpunt ons alleen met behulp duidelijke voorstelling van het oude Staten-archief Zijn tijd was nu wel geheel in beslag genomen; de ver zuchting welke hij in zijn dagboek bij de aanteekeningen van de rechtenstudie in 1751 neerschreef, dat men in de jeugd nog tijd voor zulke studiën beschikbaar had en dan ook te gebruiken behoorde, doch dat later de mensch ge heel door de ambtelijke beslommeringen in beslag ge nomen werd, past in dezen tijd van zijn leven. Na de overwinning van de Prinsgezinde partij, werden de Statenvergaderingen minder veelvuldig, en Cassa kreeg meer vrijen tijd. De indices op de resolutiën van de Gecommitteerde Raden werden weder voortgezet, en reeds in 1790 en 1791 verschenen het vijfde en zesde deel. Ook dit werk was thans voltooid. Nog eens heeft Cassa zich aan een bijzondere opdracht kunnen wijden. In September 1792 werd P. L. van de Spiegel, de tweede raadpensionaris met bijzondere histo rische belangstelling, onder wien Cassa heeft mogen die nen, getroffen door den slordigen staat van de archieven van de Hollandsche Staten en de lokalen, waar deze ge borgen waren. Van de Spiegel richtte zich tot Cassa om orde in dezen chaos te brengen. Deze was daartoe bereid, en Gecom mitteerde Raden gaven hem 17 October 1792 opdracht de boeken en deelen in behoorlijke orde te plaatsen en een inventaris samen te stellen. Het werk, dat door Cassa in den korten tijd van ruim vijf maanden voltooid is, heeft thans voornamelijk uit een archivalisch oogpunt beteekenis, dan ook belangrijk. Wij kunnen van Cassa’s beschrijving een de berging en omvang van maken. De beschrijving van

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1933 | | pagina 59