58 DE KUNSTVERZAMELINGEN VAN STADHOUDER
tevens gezant bij den Oostenrijkschen aartshertog, den
lateren Keizer Karel VI. Bij de krijgsverrichtingen in
Catalonië sneuvelde hij in 1708, gelijktijdig met zijn zoon,
den kolonel.
Gedurende zijn verblijf te velde bleef de gravin het
huis bewonen, maar tijdens de vredesonderhandelingen
te Rijswijk (20 September 1697) diende het tot verblijf
van baron von Stein, burggraaf van Nürnberg, afge
vaardigde van den Frankischen Kreits. Des Zondags had
de gravin haar ontvangdag of „late Societeyt”. 6)
Daar de staldeuren naar binnen opengingen, krijgt zij
vergunning om die naar buiten te doen openslaan (4 Mei
1708). In December 1715 blijkt haar overlijden en wordt
haar wapen in de Groote Kerk opgehangen. 7
Bij haar versterven liet zij het huis na aan haar neef
Carel Duco graaf d’Aumale, 8) majoor van een regiment
cavalerie te Leeuwarden, die op 12 Maart 1730 te 's-Gra-
venhage Anna van Assendelft had gehuwd. 9)
Wijl de eigenaar buiten Den Haag woonde, werd de
woning betrokken door den Oostenrijkschen plenipoten-
tiaris baron von Reischach, die, volgens den Europ. Mer-
curius, „ter gelukkig volbraghte verkiezinge en Krooninge
van Franciscus Stephanus, hertog van Lotharingen tot
Roomsch Koning en Keizer”, in den avond van 19 Januari
1746 een schitterende illuminatie en vuurwerk op den Hof
vijver deed ontsteken.
Keizer Jozef II kwam in Juli 1781 onder den naam van
graaf van Falkesteyn in Den Haag, in verband met zijn
plannen tot ontruiming der barrièresteden. Hij stapte af
bij zijn gezant von Reischach, men wien hij lang confe
reerde.
De zoons van Carel Duco deelden bij het overlijden
van hun vader, de rijke goederen en landerijen.
Blijkens een acte van 18 December 1765, werd de