PRINS WILLEM V EN HARE LOTGEVALLEN
85
De onverwachte verandering in het Bewind was van
onmiddellijken invloed op de Konstgalerij, toen bekend
werd dat de pas opgetreden Raadpensionaris Schimmel-
penninck gedurende de zomermaanden over het Huis ten
Bosch wenschte te beschikken en het deswege moest wor
den ingericht.
De Besognekamer op het Buitenhof, die reeds tevoren
aan de schilderijen gastvrijheid had geboden, werd weder
benut. Zij werden vooraf grondig nagezien en gerestau
reerd.
Na de overbrenging werd G. D. Hartlein tot kastelein
of concierge van het gebouw benoemd. Waldorp bleef
opzichter op 10 ’s weeks en een jaarlijksche toelage van
100 voor gemis aan vrije woning. Na zijn overlijden in
1808, kwam in zijn plaats de schilder Jean George Teis
sier, die met 600 bezoldigd werd.
Aanvankelijk tegen entree van vijf stuivers toegankelijk,
was van 15 Maart 1807 af de toegang tot het „Nationaal
Museum” kosteloos.
Op 7 Augustus 1807 kwam er een aanbieding om de
collectie Lucien Bonaparte, prins van Canino voor frs.
1,076.000 te koopen. Dit aanbod werd niet aangenomen
en de verzameling ging naar Londen.
Opnieuw zou het Kabinet een groote verandering en
wijzigingen ondergaan.
Het interregnum van den Raadpensionaris was ten
einde. De moderne Cesar was begonnen met landen en
kronen aan zijn bloedverwanten uit te deelen. Onver
wachts verscheen in 1805 's Keizers tweede broeder Louis
in Den Haag, alwaar hij in het Huygenshuis op het Plein
afstapte, onder voorwendsel besprekingen te voeren aan
gaande het Noorderleger, waarover hij het bevel voerde.
Men weet dat er geheel andere drijfveeren achter staken.
Vrijwillig doch met waardigheid deed Schimmelpenninck