■MmI BIJDRAGEN O/H GODSD., ZEDELIJK EN MAATSCH. 164 x) Gemeente-archief O.a. 1357 fol. 3. ■J) Zie Hofboek 1512 bl. 278. scr., sender ons of yemant van onsen wegen des te be winden”. Hieruit kunnen we dus allereerst vastsstellen, dat de oudste markten behalve de genoemde jaarmarkten zijn de Vleeschmarkt of Vleeschhalen de Vischmarkt. In de tweede plaats weten we nu, dat er vóór 1397 vrije verkoop van vleesch is geweest, van 13974400 een vleeschhal, ten bate van Jan die Leeuwe, terwijl na 1400 het gerecht van Den Haag de vrijheid kreeg zelf te beslissen omtrent een vleeschhal of vleeschmarkt ten bate van het dorp. De magistraat besloot tot een vrije Vleeschmarkt. Dit grond ik op keuren vóór 1542, het jaar, waarin de Vleeschhal in de Kleine Halstraat werd ingericht. Eerst een keur, getiteld ,,Van den vleysch" (art. 3), dat de vleeschhouwers met hun vleesch zullen staan ,,upte marct zuytwaert van den Gulden Hoofde ende van den huysse ende erve dair Wissche Jacobszoen nu ter tijt inne woent ende niet noortwairt op te voirscr. boeten van XVIII st.” x) De Vleeschmarkt is dus geweest ten zuiden van het Gulden Hoofd en het huis, waarin Wissche Jacobssoen „nu ter tijt innewoent”. Wissche Jacobssoen was een klerk van den rentmeester van Noordholland en hij is het, die het Hofboek van 1512 heeft geschreven. 2) De geciteerde keur zelf, die ongedateerd is, moet dus uit het begin der 16e eeuw stammen. Dit terrein trouwens—tusschen Hoogstraat en Veene- straat, wat dus nu de Dagelijksche Groenmarkt wordt geheeten wordt altijd bestempeld met den naam van marktveld. Het is dus het oudste marktterrein in Den

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1936 | | pagina 172