BIJDRAGEN O/H GODSD., ZEDELIJK EN MAATSCH. 170 a. naar het Westland werd gegraven naast den Loosduin- schen weg. Het was gewoonte, dat de oude Korenmarkt pas mocht geopend worden, als de klok had geluid „item soe wie koorn in den Hage ter merct brenct, die en saelt niet vercoopen eer men die clock luyt opte boeten van XII st. ende upte verbeurtenisse van tcoren, dat hij eer ver- colt". De Korenmarkt is niet lang op het Spui gehouden ge worden. Reeds op 30 Ooctober 1615 bepaalt de Magis traat, dat ze verplaatst moest worden naar de Nieuwe Groenmarkt, d.i. de tegenwoordige Groote Markt. Toen de Magistraat de voormalige kapel van het Sint Nicolaasgasthuis kocht, heeft zij in die kapel het Koren huis gevestigd, dat er gebleven is tot 1615, toen dit ge bouw werd ingericht tot Vleeschhal. In de ordonnantie van 14 December 1614, waarin voor de verschillende kooplui hun plaats op de Markt wordt aangewezen, staat: „aan de noordzijde van de Markt op de plaatse van het St. Nikolaesgasthuis sul len staen diegeene, die comen met alrehande ijser- en houtwerck, laetende de vrije passagie, dat men met wagen en paerden aen en vant Coorenhuys sal mogen comen en riden”. In 1615 is tegelijk met de Korenmarkt ook het Koren huis naar de Groote Markt verplaatst. IX. ZORG VOOR DE STRATEN. Bestrating. Reeds in 1325 hadden schepenen van Den Haag van den graaf het recht gekregen om met den Meyster van den Hove keuren te maken „up weghen, up straten ende up weteringhen’’ x) en dit privilegie werd nog eens be- Algemeen Rijksarchief Leenkamer Register E.L. 2 fol. 39.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1936 | | pagina 178