BIJDRAGEN O/H GODSD., ZEDELIJK EN MAATSCH.
188
en vervorderen van nu voertan up sijn erve te houden
ofte leggen eenyge mishoepen dan zes roe voeten ronts-
omme van de huyssinge borch ofte heyningen, sulcx dat
men rontomme van deselfde mishoepen zal mogen gaen
ende dat upte boete van drie sheeren ponden, soe menich
werven yemant contrarie van dien bevonden sal worden
gedaen te hebben”.
Het is niet verwonderlijk, dat ondanks al deze bepalin
gen de reinheid en de opvattingen van hygiëne veel te
wenschen overlieten. Een scherpe keur moet de Magis
traat eind 16e eeuw nog uitvaardigen tegen het euvel, dat
de inwoners 's nachts hun secreetvuil laten werpen in de
gracht van de Pastoorswarande en dat zij bij het transport
de straten zoo ontzettend bevuilen 1De plaats, waar dit
vuil gestort mag worden, is buiten Den Haag bij denWest-
molen, waar er speciale putten voor bestaan. Herhaalde
lijk moet de Magistraat optreden tegen de gewoonte, om
de in de stad aanwezige waterputten te verontreinigen,
op wat voor manier ook. We hebben daarvan reeds enkele
keuren meegedeeld.
Tweede helft 16e eeuw vaardigen schout burgemees
ters en schepenen nog het verbod uit voor „alle den in-
woonders van den Haeghe gheen vulnisse te brengen aen
eenige bornputten ofte eenige onreynicheyt daer in te
doen ofte te werpen, ofte in den put emmeren uyt te
wassen ofte te spoelen ofte te gehenghen van heuren
dienstboden ofte kinderen gedaen te worden op een boete
van XV st. ende dat men die boeten van den dienstboden
ende kinderen an de ouders, meesters ofte vrouwen zal
verhaelen” 2)
2) Gemeente-archief O.a. 1360 fol. 82 en vlg.
2) Idem. O.a. 1359 fol. 37.