LEVEN IN DEN HAAG T/H EINDE DER 16de EEUW
219
zij scheen
van het Spui tusschen Kapelsbrug en
nu gereserveerd nadat de buren dit
van het Spui nog eens gediept en gereinigd
voor de schepen, die „victuaelge” of levens-
aanvoeren.
zij gracht gegraven van het Spui, aan de kaden waarvan
de turf- en houtmarkt door de Magistraat geordonneerd
is, ter plaatse waar zich nu de straten van dien naam be
vinden. Beide markten hebben toen een veel ruimer ter
rein gekregen. Maar merkwaardig is het, dat de zijgracht,
waaraan de Turf- en Houtmarkt gevestigd zijn, gegraven
is ter plaatse, waar zich steeds de Turfmarkt heeft be
vonden.
Zooals we zagen bij de bespreking van de markten,
werd in 1574 de Vischmarkt van de oostzijde van het
Spui verplaatst naar de westzijde, ter hoogte van het
Padmos. Aan de oostzijde werd sedert dat jaar de Koren
markt gehouden, benevens de Fruitmarkt. Nu had de
Magistraat daar ter plaatse tevens een brouwerij opge
richt1) en zij scheen van plan te zijn er meer op te
richten.
Het gedeelte
Lepelbrug wordt
gedeelte
hadden
middelen aanvoeren. De andere schepen moeten buiten
de Lepelbrug blijven. „Alsoe opte Spoye an doostzijde
geordonneert es de coorenmarct ende datter een brou-
iverie gestelt is ende apparentelijcken geschapen es in
tijden ende wijlen meer gestelt te worden ende dat
tSpoyewater gelast es te reynigen, te dyepen ende de
vaert vrij te houden onbelet van eenige schepen ofte
schuyten, opdat men tselve Spoywater sal moegen vrij
ende vranck gebruycken vuyt- ende invarende met vic-
tuaelgeschuyten ende scheepen van de Cappelle af tot de
houtte brugge toe ende opdat doostzijde van de voors.
Spoye onbelet blyven mach van de vischwagens, com-
x) In 1531 had de Magistraat octroy gekregen om brouwerijen
te mogen oprichten.