BIJDRAGEN O/H GODSD., ZEDELIJK EN MAATSCH.
80
Sincer Nycolaes, all waer zij
zullen worden dan mits heb-
van den officier
van de dienaren van
den baljuw is ten eenen-
droncken te wesen, dat de dienders deselve persoonen
zullen mogen of [nemen haer opperste cleet ende alle tgelt
dat zij bij haer hebben voor de eerste reyse ende voor de
tweede reyse gevanckelick gebracht te worden in den
Dieffsteen ende aldaer te blijven een maent lanck te water
ende te brode ende voor de derde reyse wel strenge-
Heken gegeeselt te worden ende gebannen te zijn vuyten
Hage ende Haechambocht"
Men pakte het euvel dus wel forsch aan. De ordon
nantie verbiedt voorts om H. Geestmeesters of hun
huisvrouwen „eenich quaet gelaet meer te thoenen, mit
woirden ofte wereken te misseggen ofte misdoen, noch
voor haerluyden deuren met fortse te blijven sitten, op
peyne van den tijd van zes weecken gheen aelmoessen
van den Heyligen Geest ofte huyssitten te genyeten ende
daerboven achte dagen in den Dieffsteen 1geleyt te
worden voor de eerste reyse, voor de tweede reyse arbi-
tralicken gecorrigeert te werden”.
Vreemde bedelaars mogen alleen overnachten „in den
bellert int Gasthuys van
oick nyet ontfanghen en
bende een lootken ofte andere teycken
up arbitrale correctie”.
Het overnachten in de huizen
den procureur-generaal of van
male verboden.
Bedelaars, die gaan bedelen in de kerken, worden
zwaar gestraft. Men zal hun „moeghen affnemen haer
upperste cleet ende oeck all tgelt dat over deselve be
vonden sal werden, ende oeck daerenboven den tijt van
achte daegen gelegt te worden in den Dieffsteen T) te
J) De Diefsteen, oorspronkelijk een gevangenis toebehoorende aan
de grafelijkheid, is op 22 November 1556 door Filips II aan Den
Haag geschonken. (Francijne Register fol. 160vs. en vlg.).