LEVEN IN DEN HAAG T/H EINDE DER 16de EEUW
85
Volgens De Riemer 1zouden de Heeren van Sint
Anthonis hun kapel en hun ziekenhuis hebben gehad
op den Geest, op den hoek van de Vleerstraat, daar waar
de Sint Anthoniskapel en het pesthuis hebben gestaan,
op den hoek van het Slijkeinde en beide zouden volgens
hem ook een stichting van de genoemde koorheeren zijn
geweest.
Deze voorstelling van zaken is in strijd met wat het
oudste Hofboek ons vertelt. In navolging van De Riemer
wordt ook door Kroon 2) deze meening aangehangen en
evenals De Riemer vertelt hij dan, dat Willem van Sempy,
de kluizenaar, de stichter van deze Sint Anthoniskapel
zou zijn geweest. In navolging van De Riemer verkon
digt Dr. W. Broes van Heekeren in het Jaarboek 1903
deze meening ook nog eens.
Wat toch is het geval? De Heeren van Sint Anthonis
worden in het oudste Hofboek, dat van 1458—1490 (blz.
166), genoemd als bezitters van een kamer in de Juffrouw
Idastraat en wel reeds in 1458. Op geen andere plaats
worden zij vermeld.
Daarentegen wordt de Sint Anthonisbroederschap van
de Crepelen in dit Hofboek en wel voor het eerst
genoemd in 1466 in de Vleerstraat op den hoek van den
Geest, terwijl zij daar in 1480 haar bezittingen sterk uit-
breidt (blz, 154), Waarschijnlijk is in dit jaar 1466 deze
broederschap ook gesticht, immers de Crepelen verklaren
van zich zelf 3) ,,dat zij van hartog Karei van Bourgondië
verkregen hadden confirmatie van zekere ordonnantie
en gilde van Sint Anthonis onder henluyden gemaict.
En Karei van Bourgondië werd in 1467 graaf van
Holland.
B I blz. 505 en vlg.
2j Blz. 212 en vlg.
3j De Riemer I blz. 508.