DE ZEGELS VAN 'S-GRAVENHAGE 7 b Alg. Rijksarch. M. Rek. Rekenk. Sociëteit 2. Com. i. Hol. Het stempel is, evenals die van de beide andere, bewaard gebleven, berust in het Gemeente archief en draagt het jaartal 1586 (afb. 8). Het zegel ter zaken, dat kleiner is, vertoont een wat andere poort, zij het ook met slechts één toren en op de tinnen naast dien toren heraldisch rechts den Hol- landschen leeuw en links denzelfden ooievaar. Het rand schrift zegt: S. ad causas Hagenses en het stempel draagt het jaartal 1585 (afb. 9). Het kleinzegel tenslotte, ook een poort met boomen, vertoont eveneens leeuw en ooievaar, voert tot rand schrift: S. min. Hagae Com. i. Hol. en dateert van 1586 (afb. 10). Deze stempels zijn gesneden door den goudsmid Arent Fransz. Bom zooals blijkt uit een post van de Haagsche Tresoriersrekening, loopende van 1 Mei 1586 tot 30 April 1587 i). Daar leest men n.l. op bl. 188vso: „Betaelt Arent Fransz. Bom goutsmith de somme van twee ende veertich ponden vuyt sake vant maecken, ende steecken van drie Haegsche segelen, blijckende bij ordonnantie in date den XXVIIen Augusti met quictan. dus hyer XLII De ordonnantie en de kwitantie zijn helaas niet bewaard gebleven. Maar zoo weten we dan toch dat in Augustus 1586 door de Haagsche Magistraat drie nieuwe zegelstem pels zijn betaald. Twee daarvan zijn in 1586 vervaar digd, een nog in 1585. Hieruit mag men opmaken, dat de bestelling van deze stempels op het einde van 1585 is geschied, zoodat voor 1 Januari slechts een der drie gereed kon zijn. Hoe kwam men er toe einde 1585 geheel nieuwe zegelstempels te laten maken en waarom verschijnt dan

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1937 | | pagina 18