ADRIAEN DE VRIES, „HAGIENSIS BATAVUS"
21
i Wallenstein
de Vries zijn
kocht hij een
seite (d.i. het
burcht is) van
De keuze van
deze laatste en waarschijnlijk in verband met de werk
zaamheden voor Wallenstein heeft de Vries echter een
eigen huis te Praag betrokken. Den 30en April 1620
huis aan het Maltheserplein aan de Klein-
over de rivier gelegen gedeelte waar de
Praag voor zich en zijn huisvrouw Anna,
deze woning is verklaarbaar; zij lag vrij
dicht bij het terrein, waar de hertog van
zijn nieuwe paleis liet bouwen, waarvoor i
laatste groote opdracht kreeg.
Toen de Vries zijn dood voelde naderen hij was
81 jaar n.l. 26 November 1626, slaagde hij erin zijn
huis weder zij het met verlies te verkoopen. Uit
de verkoopcondities, ,,dat hij erin tot zijn dood vrij zou
mogen blijven wonen en zijn helpers en bedienden er na
zijn overlijden nog een jaar lang in zouden mogen blijven
en het begonnen werk voltooien”, kan men opmaken,
dat zijn vrouw dan overleden moet zijn en ook, dat zijn
helpers reeds bij hem inwoonden. De archivaris van
Praag verschafte mij deze gegevens en prof. Stech
deelde ze mij nog uitvoeriger mede; hij voegde eraan
toe, dat het huis thans als nr. 478 (wijknummer) aan de
Maltheser Platz is aangeduid. Bij een bezoek aan
Praag, dat ik onlangs brengen kon, bleek mij, dat het
huis nog in zijn ouden vorm behouden is; de afbeelding
gaat hierbij, met een van Wallensteins paleis, n.l. de
loggia, waar thans eenige copieën van de door de Vries
gemaakte beelden voorloopig zijn neergezet; een reeks
copieën van kleinere beelden staat in een bovenzaal.
Het is jammer, dat financieele moeilijkheden het den
tegenwoordigen graaf von Waldstein onmogelijk maken
het plan van zijn vader uit te voeren om den tuin weder
met de beelden te sieren. Deze heeft gepoogd de origi-
neele beelden, door de Zweden in 1648 als oorlogsbuit