HET PALEIS AAN DEN KNEUTERDIJK
28
x) Afbeelding 2. De Heer F. A. J. Vermeulen, hoofdcommies aan
het Rijksbureau voor de Monumentenzorg, was zoo welwillend mij
als zijn meening te kennen te geven, dat niets er z.i. tegen verzet, om
het bouwwerk, afgebeeld op deze teekening, toe te schrijven aan
Anthonius Kelderman.
2) Afbeelding 3.
teekening uit het einde der 16de eeuw in de gelegenheid,
een indruk te krijgen van het uiterlijk der beide hui
zen t). Het meest oostelijke gebouw is zeer schetsmatig
geteekend, doch het andere huis, dat van Karel Grenier,
is op de teekening tot in détails weergegeven en geeft
vooral met zijn schroefvormig gemetselde pinakels dui
delijk aan, dat Vlaamsche invloeden aan den bouw niet
vreemd zijn geweest. Kenmerkend is voorts de vierkante
toren, welke op prenten van lateren tijd steeds duide
lijker zichtbaar is; hetzelfde is het geval met den trap-
vormigen brandmuur tusschen beide huizen, die op een
prent uit het laatst van de 17de eeuw eveneens te be
speuren valt2).
De opzet van het huis moet wel grootsch zijn geweest,
als niemand minder dan Ant. Kelderman, de bouwer van
den gevel van het stadhuis te Middelburg, van de kerken
te Veere en te Zierikzee, bij den bouw zijn medewerking
verleende. Gefortuneerd moeten de Van Barry’s ook wel
zijn geweest leende niet de vader 1000 guldens aan
Maximiliaan, waarvoor hij met het kasteleinschap van
Medemblik werd begunstigd? Daartegenover is het wel
verwonderlijk, dat dezelfde Jan van Barry er zoo spoe
dig toe overging het onvoltooide huis van zijn zoon te
verkoopen. Echter, de drie door Jacob van Barry achter
gelaten kinderen, Jan, Jorys en Katherijn lieten niet na
zich over deze naar hun oordeel te schielijke en on-
voordeelige verkooping door hun grootvader te bekla
gen. In November van het jaar 1500 kregen zij machti-