HET PALEIS AAN DEN KNEUTERDIJK
31
Hoe is het nu verder met deze huizen gegaan? Uit een
acte van 28 April 1529 t) blijkt, dat toen zoowel Grenier
als Hanneman overleden waren. Over Karel Grenier
zijn wij volledig ingelicht; hij toch overleed den Hden
Juli 1520 2); in het Westelijke huis bleef zijn weduwe
Katherijn van Bleiswijck voorloopig wonen, terwijl in
het Oostelijke huis Katherijn Jans dochter, de weduwe
van Pieter Hanneman, haar weduwenstaat voerde. In de
bovengenoemde acte worden als erfgenamen van Karei
Grenier genoemd zekere Cacophijn uit Rotterdam en
inderdaad blijkt Grenier zijn huis te hebben vermaakt
aan Thomas Cacophijn, die bekend is als tijdelijk pro-
cureur-generaal 3)en die getrouwd was geweest met
Maria Hanneman, overleden in 1516, ongetwijfeld een
zuster van den buurman Pieter Hanneman 4). Lang heeft
deze ambtsopvolger van Grenier niet in het huis ge
woond; na zijn overlijden verkocht zijn weduwe Maria
Domis’ dochter den 21 sten Februari 1539 het huis met
erf, kruidtuin, boomgaard en uitgang over de Beek langs
het Noordeinde aan Pieter Jacobs zoon Bol, auditeur bij
de Rekenkamer, voor de som van 2400 Car. guldens 5).
De weduwe had van dezen verkoop uitgezonderd al het
houtwerk van banken, schutten en bedsteden, en voorts
twee kleerkasten boven op de middenkamer; in den koop
zouden echter wèl begrepen zijn de beste kleerkast achter
op de kamer, gemaakt in het portaal, alsmede de „meys-
kens bedsteden” en de knechtsbedsteden met al de
1) Ibidem, acte van 28 April 1529.
2) Dra. E. H. Korvezee t.a.p.
3) Ibidem. De naam wordt veelal gespeld: Cassiopijn.
4) Mr. P. C. Bloijs van Treslong Prins, Genealogische en heral
dische gedenkwaardigheden in en uit de kerken der provincie Zuid-
Holland, Ha, blz. 38.
5) A. R. A., Archief S.S., acte van 21 Februari 1539.