HET PALEIS AAN DEN KNEUTERDIJK
36
van Holland was, en later, in 1559, tot president van
het Hof zou worden benoemd 1
Cornelis Suys werd in het jaar 1547 door de Grafe
lijkheid beleend met de ambachtsheerlijkheid Rijswijk,
hem opgedragen door den Prins van Oranje in ruil voor
eenige tienden bij Monster2). Deze heerlijkheid, waar
mede vanouds de Nassau’s beleend waren, kwam later
aan de Van der Duyns, die geparenteerd waren aan het
geslacht Suys en tenslotte aan den magistraat van Den
Haag, door de opdracht van Nicolaas van der Duyn
in het jaar 1688 3In de stukken wordt Cornelis Suys
veelal betiteld als „de heer van Rijswijk”; ook onder de
benaming van ,,de president” wordt hij vaak aangetrof
fen. De Riemer vertelt 4), dat voor zijn woning aan den
Kneuterdijk een aantal Delftenaren, beschermd door de
Delftsche schutters, die zich in een kring voor zijn huis
hadden opgesteld, ten aanhoore van den president een
haagepreek bijwoonden. Begrijpelijkerwijze wekte dit
gebeuren bij den geloovigen Katholiek groote ergernis;
maar veel vermocht hij niet uit te richten en toen de
troebelen uitbraken, vluchtte hij met eenige der raden
van het Hof naar Utrecht. In het jaar 1580 overleed
Suys, nadat hij de laatste zijner levensjaren weder in
zijn huis aan den Kneuterdijk had gewoond.
Suys had zijn bezittingen gedurende den tijd, dat hij
op den Kneuterdijk woonde, geregeld uitgebreid. Zoo
kocht hij verschillende perceelen land en huizen aan,
A. R. A., Archief S.S., acten van 13 en 21 December 1545.
2) A. R. A., Archief Leenkamer Holland, No. 128, fol. XLII vlg.
3) Zeventiende eeuwsche M.S. genealogie van Hollandsche en
Zeeuwsche edelen, berustend in de Handschriftenverzameling van
het Koninklijk Nederlandsch Genootschap voor Geslacht- en Wapen
kunde.
4j Mr. J. De Riemer, Beschrijving van 's-Gravenhage, 1730, I.
blz. 246.