HET PALEIS AAN DEN KNEUTERDIJK
37
18 December 1546.
2)
3)
4)
6)
6)
A. R. A., Archief S.S., acte van
Ibidem, acte van 29 April 1559.
Ibidem, acte van 1 September 1563.
Ibidem, acte van 12 April 1560.
Ibidem, acte van 4 October 1430.
Ibidem, acte van 27 Januari 1452.
was overleden zien wij
achter aen den uytganck van
Dit huisje lag Zuidwaarts van
het huis van Suys. Eindelijk, in 1563, kocht hij
Arnold van Dorp, raad en eersten hofmeester van
Prins van Oranje, een huis en erf in het Noordeinde,
waarvan het erf in den vorm van een winkelhaak ten
Noordoosten van het huis was gelegen en het recht van
uitgang had naar het Noordeinde3). Van Dorp had dit
perceel kort tevoren gekocht van Aelbrecht Jans zoon
van der Aa, advocaat bij het Hof van Holland, voor
een som van 2400 pond 4Laatstgenoemde had sedert
1536 zijn bezittingen aan of in de nabijheid van het
Noordeinde geregeld uitgebreid. Op dit geheel rustten
van ouds eenige renten, waarvan Suys de brieven ont
ving, te weten een rente van 40 schellingen ’s jaars voor
Jan Starck de dato 4 October 14305) en een van het
jaar 1452, groot 30 schellingen voor den Heiligen Geest
te 's-Gravenhage 6). In den loop der jaren werden deze
renten nu ook afgelost.
Nadat Cornelis Suys in 1580
welke grensden aan de Beek, die, vroeger nog niet over-
kluisd zooals tegenwoordig, langs het Noordeinde liep.
In 1546 kocht hij van Ant. Nicasius een tuin met boo-
men aan het Noordeinde met een uitgang over de
Beek1); in 1559 vermeerderde hij zijn bezittingen met
een huisje met erf en het servituut van een gemeen
schappelijke gang en hij teekent met eigen hand op de
koopakte aan, dat dit is ,,’thuysken int Noorteynde
mijn principael huys”2).
den achteruitgang van
van
den