SCHUTTERIJ EN MAGISTRAAT IN 1672 69 x) Verhaal enz. Jaarb. Die Haghe 1894, blz. 103. Verhoeff op den dag van den moord, plaats had „ten huize van een Beukelaer, waar ook gekomen was de schepen van Banchem”. T) Niet gekozen werd de be kwame zilversmid Nicolaes Lokemans, in zijn plaats kwam zijn vakbroeder Jan van der Maa. Ook de „advo caat Adriaen Houthuyn” werd ter zijde gelaten voor Mr. Johan Dedel; zoowel van der Maa als Dedel be hoorden tot de zeer vermogenden. M. Nicolaes Splinter werd overgenomen, hij behoorde tot een Haagsche bur- gemeester-familie. Van de beide schutterkapiteins W. Lesire en A. Smout, werd alleen de eerste in de Schepen bank geplaatst, de ander kwam wel in de Vroedschap; tenslotte handhaafde de Prins den zittenden Schevenin- ger de Crae, terwijl de voorgedragen Conteleweert af viel. De keuze der Vroedschappen volgde voor een deel de wenschen der schutters. Merkwaardig is, dat in dit college niet minder dan vier kapiteins en drie vaandrigs werden opgenomen. Waarschijnlijk had daardoor elk der zes vendels een vertegenwoordiger in de stadsregeering; de kapitein de Swart en de vaandrigs de Bije en de Milly waren echter door de schutters-zelf niet voorgedragen. Uit dier voordracht moesten nu de „hofmeester de Vroom”, de koffermaker Gerrit Appeldoorn en de Ad vocaat d’Hartogh (wrs. mr. Matheus de Hertoch uit de Veenestraat) afvallen. Ook de advocaat Willem Dou- deijns, de schilder, werd niet overgenomen en evenmin de ontvanger Houttuyn (Johan, ontv. van de Verpon dingen), In hun plaats verschenen de apotheker Bas- tiaen Middelbeeck en de kok Abraham van Wijngaer- den. De door de schutters gewenschte Roelant van Thiel, de apotheker Gerrit Robart en de zijden- en

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1937 | | pagina 95