QUIRINUS GIDEON VAN BLANKENBURG 181 het teegenwoordige werk van Mr. de Haze, overtreffen. Nu kan men het tegenwoordige niet anders aannemelijk of goed noemen, als, omdat er (so veel mij bekend is) die een beter werk als de voorn. Mr. de Haze soude konnen maken. Sommige meesters, welkers advijs is, dat alle de klok ken goed zijn, en andere, die geweldelik staande houden, dat alle de klokken niet en deugen, sijn beide partijdig. De waarheid is, dat er goede en quade onderloopen. Maar, opdat men niet en antwoorden, dat men van de klokken van Hemonij hetzelfde seggen kan, also sij mede, niet alle even goed zijn, so dient daarop voor een vaste waarheid dat een beste klok van Hemonij, bij een beste klok van de Haze gehangen, ongelooflik zullen versche len, maar minst in de kleine; waarvan men een proeve soude konnen nemen. Het gene gezegd werd, dat het onlangs geleverde klokwerk der stad Gorkum so een goed werk is, dat daar niet op te segge valt. Dat komt daar vandaan, dat hetzelfde werk te Antwerpen en te Gorkum is opgenomen door deselfde meesters, welkers advijs is, dat alle dese klokken goed sijn. Hoewel nogtans, een van deselfde meesters, bij schriftelijk advijs, voor leden jaar, UEd. Achtb. veel quaads in dese klokken heeft aangewesen, Ende, mondeling sig nog vrij verder uitge laten, seggende, dat de doemaals afgekeurde klokken maar een begin waren van de reformatie die er in be hoorde te geschieden; Dat de half-uurs klok eene van de slimste was; etc. Wat er eigentlik en waarlik van de klokken zij te hou den, sal UEd. Achtb. bij desen vertoont worden. Eerstlik, so is Mr. de Haze gebrekkelik in ’t maken van groote maar gelukkig in kleine klokken, voornamentlik in d’allerkleinste, waar in hij de kleintjes van Delf, Gouda en and’re plaatsen heeft overtroffen; sijnde d’allerkleinste

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1938 | | pagina 204