AANTEEKENINGEN BETREFFENDE DEN HAAG
80
1) In het stukje gebied tusschen de bewuste laan en de Lorresteeg
komt nog een andere weg ter sprake; in alle vier boeken wordt
namelijk op overeenstemmende wijze m land vermeld strekkende
aan den achterweg of achtersten weg. Van achteren, d.i. naar het
zuiden of veenwaarts, wordt dit stuk van strook a vermoedelijk door
het gedeelte uitpad begrensd, dat tusschen den Westmolenweg en
den weg, die van de (tegenwoordige) Laan naar het zuiden omboog,
strak verloopt. Wordt dat stuk uitpad, hetwelk op kaart no. 3312
den naam van „De Laan” draagt, hier Achterweg genoemd?
Het is nu wel jammer, dat op elk van beide gevallen
bij nadere beschouwing wat aan te merken is.
Ad 1. De 2>\/2 morgen land, gelegen op den hoek van
den Hoflandschen weg aan de oostzijde van de laan en in
1458 aan eenen Jacob Claesz. toebehoorende, komen in
1466 in handen van dienzelfden huurder nog voor, maar
in de opsomming der perceelen wordt dit land nu niet op
de eerste plaats, maar op de laatste plaats genoemd, zoo-
dat men het liever ver van de laan en dicht bij de Lorre
steeg zoeken zou; de andere perceelen (op nog een ander
na) behouden dezelfde volgorde. Maar wat de deur dicht
doet is, dat deze 3J^ morgen in de twee jongste jaar
boeken spoorloos verdwenen zijn. Het is mij niet gelukt
aan deze ongewone afwijkingen tusschen de hofboeken
een behoorlijke verklaring te geven. De mogelijkheid is
echter niet uitgesloten, dat de twee oudste boeken een
zelfde stuk tweemaal vermelden.
Ad 2. Op de aanduiding Lorresteeg alias Veenweg
ga ik hier niet nader in, omdat ik die kwestie in een
afzonderlijk hoofdstuk behandel.
Maar welke waarde men aan de mededeelingen 1 en
2° ook wenscht te schenken en hoe men de zaak ook
wendt en keert, vast staat, dat verder oostwaarts dan de
Lorresteeg de naam van Hoflandschen weg noch in strook
a noch ergens anders in de hofboeken te voorschijn
komt 1)