TEGENOVER DE LEPROZEN
171
Ia
Ha
Ila
life
Inderdaad heeft de Graaflijkheid (Staten van Holland) door
Inderdaad heeft de Graaflijkheid (Staten van Holland) door
naasting van de geestelijke goederen de rechten van het Klooster
verkregen.
a. 12 Maart 1592 Jan Claess., timmerman (71), aan
Symon Pieterss., scheepmaker (Tr. Reg. 5, 207).
fe. 12 Juli 1605 Symon Pieterss. aan Michiel Arentss.
van Hemert een huis en erf, met werkhuis ten Noor
den aan voorn, huis staande (Tr. Reg. 6, 498).
Ia en
stig van het Susterhuys in de Poten, met seecker
thuyntgen daer althans een huysinge op staet ende
scheepstimmerwerff es” (Tr. Reg. 4, 925). In
middels had echter Ia diverse mutaties ondergaan.
5 Dec. 1569 had Govert Corneliss., scheepmaker,
huis en erf gehypothekeerd (Tr. Reg. 1, 821) en
ze 3 Jan. 1571 aan Claes Dircks verkocht (Tr.
Reg. 3, 2). Op haar beurt had Neeltgen Adriaens-
dr. (dochter van Adriaen Dircsz.?), wede van Cor
nells Waelincx, ze verkocht aan Jacob Dirricxss.,
scheepmaker (Tr. Reg. 4, 615). Nadien moet het
perceel tot de wede van Adr. Dircsz. zijn terugge
keerd, doch ook nu ondergaat het vreemde mutaties.
a. 1561; Leprooshuis (ook 1566 blijkens de kaart
van Jacob Coenraets).
fe. In acte 20 Maart 1613 omschreven als „partij
lands, afkomstig van de Graaflijkheid nu tot boom
gaard gemaakt”. In handen van Arent Michielss.
van Hemert (Tr. Reg. 7, 687).
a. 1565 in handen van Gerrit Lambrechtss. (73)
(Tr. Reg. 2, 1039, bel.).
fe. 17 Sept. 1567 Gerryt Lambrechtss. c.s. aan Jan
van de Ketel Heymanss., Heere van 's-Graven-
ambacht (74) (Tr. Reg. 2, 598).
a. 20 Maart 1613 Arent Michielss. van Hemert
aan Pieter Bor, Raad en Rentmeester van Noord-
Holland (72), en Jhr. Willem van Outshoorn,
Baljuw en Schout van 's-Gravenhage (a.b.).
fe. 20 December 1613 Bor aan v. Outshoorn (Tr.
Reg. 7, 831).