OVER HET EERSTE HAAGSCH GYMNASIUM
24
zelve, en zij
grootendeels
heele klas een schrobbeering toedienden, ja verscheiden
malen een leerling voorgoed van de school verwijderden.
Het onderwijs is misschien ook wel in zooverre gemak
kelijker geworden dat nu niet meer, als vroeger in de
verhouding tusschen leeraren en leerlingen de misver
standen van zéér uiteenloopende milieus een rol spelen
en de onderlinge verhouding van ouders en kinderen
zooveel nauwer en kameraadschappelijker is geworden.
De indruk, dien men van het gedrag der leerlingen in 't
grootste deel van de 19de eeuw krijgt, is een zeer ge
mengde: men treft bij den leeraar soms bijna uitsluitend
^ezag-shandhaving aan, bij de leerlingen uitbarstingen
van ruwe wanorde, of langdurige, doffe tegenwerking en
onverschilligheid, waarover in de verslagen van cura
toren menig hartig woord wordt gezegd al zal dan de
gewone gang van zaken toch ook weer niet al te veel van
die van nu hebben verschild.
Het jeugdleven kan zich, ook op deze school, thans in
veel talrijker vormen vertoonen, dan vroeger. De leer-
lingen-bibliotheek echter is reeds een oud instituut: zij
werd opgericht in 1882 door de leerlingen
wordt nog steeds door hen beheerd en
bekostigd. Er zijn sport-, muziek- en natuur-vereeni-
gingen, er is een Bond van Haagsche Gymnasiasten en
een eigen blad. Maar mijn bedoeling is niet een soort
prospectus met aanbevelenden tekst te schrijven. Deze
oude school kan voor zich zelf zorgen. Dat zij dit ver
mogen nog lang behoude en daardoor in Den Haag de
oudste bewaarplaats blijve van de eerbiedwaardige
traditie die aan een opvoeding in de klassieken en in de
geschiedenis de heilzaamste werking toekent, een tra
ditie, die in het internationaal humanisme ontsproten,
hier, bij ons zoo oud is, ja ouder dan de zelfstandigheid
van het land al wisselt haar inhoud sterk, zooals die