DER PORTUGEESCHE ISRAËLIETEN 33 i) Naar gegevens uit overheidsbronnen omtrent deze belang wekkende zaak is herhaaldelijk tevergeefs gezocht. Ook ik kon noch in het Gemeente-Archief noch in het archief der Rekenkamer iets vinden. De opgave van Tal volgend, vond ik in de Kon. Bibl. in de collectie Cuper diens brief aan Wagenseil dd. 23-X-1693, waarin 3 Voor de voorwaarden, waarop Pereira de synagoge in 1707 stichtte en haar in bruikleen afstond, moge ik ver wijzen naar Pimentel, p. 16—19, evenals voor enkele be langwekkende gebeurtenissen in die gemeente(p. 19—21 Luïscius (l.c,deelt nog iets heel merkwaardigs mede; wij vernemen: ,,De Portugeesche hebben er twee; de eerste is in den jare 1692 gebouwt, en wijl de Portugeezen van de magistraat verzogten, dat de stene bruggen, leggende over de gragt rontom den Hage, op hunne kosten mogten afgebroken en in houte ophaal-bruggen verandert worden, gelijk geschiedde, zoo gaf zulks gelegenheid aan den ge leerden burgemeester van Deventer, Gijsbert Cuper, die tijd zitting hebbende in de staten generaal in ’s Hage om Aan deze aangelegenheid heeft Tal de in het litteratuur- overzicht vermelde studie gewijd. Zij vloeit voort uit be paalde voorschriften omtrent den Sabbath, die het wen- schelijk doen zijn, dat een oord van de omgeving afgesloten kan worden; als afsluitmiddel werden hier ophaalbruggen gekozen. Tal vermeldt, dat het oudste advies in deze zaak reeds 1690 werd uitgebracht door het rabbijnencollege der Amsterdamsche Port.-Isr. Gemeente, welk advies zich volgens Pimentel in 1876 nog in het archief van Honendal bevond. Uit de briefwisseling van Cuper blijkt, dat de kwestie in 1693 aanhangig was; derhalve moet Luïscius met zijn „Portugeezen” de gemeente Beth Jacob bedoelen, aangezien Honendal eerst in 1698 ontstond. Reeds de geheele zinsbouw van Luïscius wijst trouwens in deze richting 1

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1939 | | pagina 44