Tevens is dan in Wiesbaden, bij dezen brief, bewaard
gebleven de navolgende „Memorie”:
DE ARCHITECT MAURITS PIETERSZ. POST
104
Doorluchtichge hoogh gebooren Vors
Mijn genadeste heer
Blijvende U wee: gehoorsame
ende getrouwe Diennaer
Maurits Post.
Memorie dienende tot
na richt van dees navolgende
Tijckeningen.
gedeck sal werden, seer nootsakelijck een steenen vloer van nooden/
sal hier op U: wee: vors: gen: oordeel verwachten waer na ick mijn
al tijt sal Reeguleeren/
voort wat aen belangh het werck avanseert starck soo dat mijn
meeste oorder die ick van U: wee: vors: gen: ontfangen heb, hooppe
binnen wijnnege wecken voltrocken sullen sijn.
voorders bennen wij tegen woordich doende met het opsetten van de
groet inde volijeeren voor de eende, en macken daer soo veel spilon-
ken in als mogelijck is, twijffel niet of sal U: wee Doorlucht wel ge
vallen.
de laste vluch is meede meeste deel gedaen te weeten het houdt
werck en sal preparasie macken om daer meede een groet in testellen,
sal soo het meede gemeenschap met de andere voljeeren moet hebben,
de glintingh aen de muer is meesten deel gedaen, als meede het
camerken op de bruch, voort alle andere klijnnich heeden wert niet in
versuijmt, de steen vande vrou van der mijl hebbe met groote moeten
inde thuyn gekreegen en alle de steennen in de thuyn leghgende Ider
soort op de geordeneertde plas laeten brengen/
voorders weet ick U wee: doorlucht: niet veel anders te schrijven,
als dat wij alle dagen veel bekijcker soo van buyten als binnen luy-
den krijgen, en meesten deel groot genoegen in werck hebben/ en wil
den allemachtichge godt bidden dat hij U: wee: vorst: gen: oock noch
langh met gesondt heyt wil spaeren opdat U wee doorlucht sijn pla-
sier oock mach van genieten want het een ongemeenne piasante plaes
sal weesen, sal hier meede eijndegen ende Reecommadeer ick mijn
al tijt in U wee: vors gen. goede grassie en hooppe U: wee: Door
lucht guns altijt te behouden/