ROND JOHAN J. H. VERHULST
145
Zie het Gedenkboekje door Dr. Walther Boer.
10
van vele nasporingen, dat
rococobouwwerk binnengaan, wel tot Stille mijmering
stemmen, als we bedenken, dat daar eens, ruim ander
halve eeuw geleden, het groote muziekgenie, het wonder
kind Mozart zijn schreden gezet heeft en er persoonlijk
zijn hemelsche muziek heeft doen weerklinken voor de
aandacht van de grooten der toenmalige wereld. In het
bizonder zal ik het moeten hebben over een, voor ons
muziekleven, zeer gewichtige gebeurtenis, namelijk de
oprichting van de Maatschappij tot Bevordering der
Toonkunst in 1829.
Doch vooraf iets over het ontstaan van een muziek
corps, dat er veel toe bijgedragen heeft de instrumentale
muziek bij ons populair te maken, n.l. dat van de Staf-
muziek der Grenadiers en Jagers, eveneens in 1829, onder
Frangois Dunkler.
Dit emsemble1) gaf sinds 1835 concerten op het
eilandje in een der vijvers van het Haagsche Bosch,
dicht bij de plaats, waar tot voor kort nog de concerten
van de Koninklijke Militaire Kapel gegeven werden. Op
dit eilandje werd gespeeld onder een linnen doek voor
de leden van de Witte.
Waarom dit eerst in 1835 plaats vindt en niet in 1829,
het jaar van de oprichting, ligt hier aan „dat de Staf-
muziek”, zoo schrijft Dr. Walther Boer, „na 1830
intermitteerend deel uitmaakte van het mobiele leger in
Brabant.” (Dit natuurlijk in verband met den oorlog met
België.) Maar sedert 1835 tot 1939 toe heeft de kapel er
steeds haar zomerconcerten gegeven. Ook in den tijd van
den ouden Dunkler is ontstaan de populaire marsch Tur[
in den ransel, waarvan de herkomst tot 1912 vrijwel
in het duister heeft gelegen.
Het bleek echter ten koste