HET HOFBOEK VAN 1561 EN HET 46 Ao 1458, blz. 54, f. 33: Ao 1466, blz. 205, f. 20: Ao 1512, blz. 309, f. 47. 2) Voor de 1 mg. 2 h. blijkt dit ten overvloede uit vergelijking van de volgende plaatsen: Hofb. 1458, f. 33 1ste post en f. 35v 2de post; Hofb. 1466, f. 20 1ste post en f. 23v 2de post. 3) Hofb. 1561: het land op blz. 403, f. 70v/71; de huizen op blz. 459, f. 252v. ten Hove, waarna zij er op laten aansluiten de huizenrij aan die zijde van het Noordeinde 1). Het lijdt daarom wel geen twijfel, dat beide perceelen land oorspronkelijk, al is het ook slechts voor een gedeelte, aan het Noord einde belendden2). In het hofboek van 1561 vangt de opsomming eveneens aan met beide vorenbedoelde stuk ken land, maar dan volgt als voortzetting niet de huizen rij naar het zuiden langs het Noordeinde, wel echter de reeks weilanden naar het westen verder het Noordveen in, De strook huizen behandelt dit hofboek geheel ge scheiden van het land3). Voor een juist begrip van de situatie verdient daarom de wijze van beschrijving in de oudere hofboeken de voorkeur. Ten aanzien van het Kapittelland valt nog op te merken, dat de grootte ervan in het hofboek van 1466, eerst gesteld op 1 mg. evenals in de andere hofboeken, gewijzigd is in J/) m9- Dit klopt dan beter met de opgave in het kohier van 1561, want het weitje of bleekveld van mr. Vierlinck kan volgens mijn voorstelling van de situatie niet anders zijn dan het voormalige Kapittelland. Waar schijnlijk is het reeds door Willem Goud aangekocht van het Kapittel; het komt althans later voor in de na latenschap van Hendrik Goud (den erfgenaam van Wil lem Gouds deel in den gezamenlijken boedel van Willem Goud en diens huisvrouwwaaruit mr. Matheus Vierlinck het kocht. De vermelding van Kapittelland ter plaatse in het hofboek van 1561 beschouw ik als een anachro-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1940 | | pagina 56