Dit Jaarboek bevat weer velerlei. In zeven artikelen
Het Jaarboek, dat verschijnt in de eerste dagen van
de tweede halve bestaanseeuw van de Vereeniging die
Haghe, is niet het vijftigste maar het vijf en veertigste in
de reeks.
De drie eerste Haagsche Jaarboekjes, die in 1889,
1890 en 1891 het licht zagen, stonden los van de Ver
eeniging. Het Jaarboekje voor 1892 was het eerste, dat
zich orgaan van die Haghe noemde.
Daarna is tot 1913 geregeld elk jaar een boek versche
nen. In 1914, 1917 en 1919 echter maakte de toestand
van de kas het uitgeven van een Jaarboek onmogelijk.
En in 1922, 1925 en 1926 ontvingen de leden in de plaats
van het gewone boek achtereenvolgens het werk van
J. Smit over den Haag in den Geuzentijd en de beide
deelen van de Geschiedenis van Scheveningen door
J. C. Vermaas. Voor de jaren 1928 en 1929 tenslotte
verscheen een gemeenschappelijk Jaarboek.
Van 1913 tot 1920 had het boek een grooter formaat;
in 1921 is weer tot het oorspronkelijke, ook nu nog ge
bruikte, teruggekeerd. De boekjes van 1889 tot 1913
staken in een rooden band: sinds 1915 is hun gewaad
donkergroen. Steeds hebben zij er, naar wij ons vleien,
keurig uitgezien. Dit is de verdienste van de Firma
Mouton Co., die sinds 1892 onafgebroken de Jaar
boeken heeft gedrukt. Dankbaar mag worden erkend,
dat de verzorging steeds uitstekend, de samenwerking
tusschen Vereeniging en uitgever zeer aangenaam is
geweest.