EEN HISTORISCH PLEKJE
84
en inplaats van aan twee zijden slechts aan een kant een
opgang te maken en de stoep 7 a 8 duimen te verhoogen”.
Tevens krijgt hij toestemming op 19 Augustus 1745 om
voor zijn huis een ijzeren hek te doen stellen, voor 6 pon
den en 12 schellingen 's jaars.
8 April 1754 verkoopt voorn. Van Haansbergen het
huis aan Jan van Schuylenburgh.
21 Mei 1790 verkoopt Willem van Schuylenburch,
oud-kapitein ten dienste deser lande, aan Gabriel Ema
nuel May de Hunningen, Generaal Majeur ten dienste
deser Lande, als echtgenoot van Constance Jeane Wil
helmine Helena Evertse de Lodycke, ten behoeve van
de laatste, de helft van een huys en erf. „De wederhelft
hoewel nog ten name staande van Jan van Schuylenburch,
komt de koopster reeds toe, als zijnde na het overlijden
van de wed. van voorn. Mr. Jan van Schuylenburgh het
voorn, perceel op hun kinderen overgegaan en dus voor
de helft aan den verkooper en voor de helft op Cornelia
Jaqueline Schuylenburch, eerst gehuwd geweest met Jan
Evertse, Heer van Lodijck, Kapn. ter Zee en naderhand
met Henry Bosset, Kolonel en Kapn. in het regiment
Zwitsersche Guardes, welke Cornelia Jaqueline van
Schuylenburch haar voorn, helft bij scheiding des boedels
is aanbedeeld aan haar voorkinderen, nl. de koopster en
kooper.
Na 1807 wordt voorn, huis bewoond door Generaal
Majoor F. C. Kist.
Volgens het Register der Volkstelling van 1830 woon
de er toen Rochus Johan Anton Cenie, Directeur van de
Handelsmij., wedr., en blijkens dat van 1840 woonde er
Regnerus de Wendt, Lid van de Algem. Rekenkamer,
wedr., die in 1851 sterft.
Daarna is het huis betrokken door Dr. G. Simons,
Minister van Binnenlandsche Zaken.