EEN HISTORISCH PLEKJE
97
Jan
van de
dit huis
van de Rekeningen
2000. Ten Westen van
van het huis van Pieter Gillisz,
Raedt en Meester Ordinaris
Graeffelijckheyt, voor
ligt de „gemeene” gang
schrijnwerker.
20 Juli 1620 koopt Fentideus Riccen of Rygen van
Lap van Abcoude, zoon van Willemina Heymans, wed.
van Jan Aertss Lap van Abcoude, het resteerende 4e part.
25 October 1636 verkoopt Frederik Rikken het geheele
huis aan Hendrick Schrassert. Erbij wordt vermeld, dat
Vinctideus Riccen en zijn huisvrouw in bovengenoemd
huis zijn overleden en dat in de gang van het huis van
Pieter Gillisz Kiggelaer alleen toegang heeft het huis van
Jan van Houckgeest, Deurwaerder, ten Oosten daarvan
gelegen. Bij den koop behoort ook het brandgereedschap.
16 Mei 1639 verkoopt Hendrick Schrasser, Gecommit
teerde ter vergadering van de Staten Generaal, het aan
Burgemeesters van Leiden voor 17400 en een vereering
van 200 ten behoeve van de voorkinderen van zijn huis
vrouw.
Voor de overname van eenige meubelen, tapijten en
goudleeren behangsel betaalde hij nog 780.
Voordat de stad Leiden dit huis in eigendom bezat,
hadden de afgevaardigden dezer stad in huurhuizen ge
woond. Vóór April 1685 waren zij gehuisvest bij zekeren
Jan van Groenendael, die daarvoor jaarlijks 200 ont
ving. Bij acte van 10 December 1634 huurde de vroed
schap een andere woning van Francoijs Coedijcks (Co-
dijcx) voor een jaarlijksche som van 500, met bepaling
dat hij daarvoor de Gecommitteerden ter dagvaart en
andere heeren uit de Vroetschap ten zijnen huize zou
logeeren en van het noodige voorzien, tegen een bepaald
tarief. Doch ook die woning bleek op den duur aan Gede
puteerden niet te voldoen. Tenminste in December 1638
werd door den Burgemeester Paedts in bedenking ge-
7