1 DOOR Dr. P. J. VAN BREEMEN J) 1 morgen komt overeen met 0.85 ha. HET BEDRAG VAN DE ERFHUREN VAN LANDERIJEN IN DE HOFBOEKEN De domeinlanden, waaruit de grafelijkheid erfhuur trok, vallen bij nadere beschouwing in twee groepen uit een. Deze tweeledigheid berust op eigenaardigheden van den geldelijken of in geld waardeerbaren maatstaf, naar welken de erfhuren geheven werden. Bij de behandeling van dit onderwerp laat ik den hofpenning van woonerven in het vlek zelf buiten beschouwing. Dienaangaande wil ik slechts terloops opmerken, dat uit een groot aantal ge vallen, waarin gegevens over de grootte in vierkante roe van zulke perceelen ter beschikking staan, uit te rekenen valt, dat de erfhuur in de oudere wijken door de bank omtrent één denarie per 10 vierkante roe bedroeg. Dat komt neer op circa 10 den. per hond (100 vierk. roe) of 60 den. d.i. 5 schelling of stuiver per morgen (600 vierk. roe)1). Misschien lag het peil in werkelijkheid nog iets hooger. Zoo treft men in het hofboek van 1466 (bl. 226, f. 73) de mededeeling aan, dat in den ommeloop op het westeinde van de Papestraat, d.i. het klompje huizen aan het westeinde van de huidige Nobelstraat, elk hond

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1941 | | pagina 176