36 OVER EEN KLERKENFAMILIE UIT DE 18DE EEUW
tegelijk de oudste van de twee Eerste of Expedieerende
klerken van den Griffier en werd als zoodanig door den
Griffier aangesteld.
Van de verdere functionarissen noem ik in dit verband
nog den Kamerbewaarder-Archivaris, van wien ik zoo-
even sprak en daarvan wel onderscheiden de twee Kamer-
bewaarders-Exploicteurs, die alle exploten in rechtsza
ken, voor Hare Hoog Mogenden als hoogste rechtscollege
voor de Generaliteitslanden en onze overzeesche bezit
tingen behandeld, uitbrachten.
Philips Frederik Tinne vervulde zijn Kamerbewaarder-
Archivarisambt tien jaren.
In 1780 overleed Frederik Salomon Tavel, de toenma
lige Directeur van Correspondentie en Oudste Eerste
Klerk. Zijn collega Hartger van Goor volgde hem op, en
Ph. F. Tinne volgde van Goor op.
Ph. F. Tinne’s zoon Paulus volgde zijn vader op als
Kamerbewaarder-Archivaris.
Nog niet één jaar later had ook de heer van Goor het
tijdelijke met het eeuwige verwisseld. Op 6 Augustus 1781
volgde Ph. F. Tinne hem op in zijne functie van Directeur,
en automatisch in die van Oudste Eerste Klerk. De Grif
fier benoemde tot Jongsten Eerste Klerk Ph. F. Tinne’s
jongsten broeder Johan Abraham, van wien ik nog uit
voerig spreken moet.
In de officieele aanstelling van Ph. F. Tinne wordt
gezegd, dat hij de Resolutiën, inkomende brieven en
Memoriën maar ééns zal schrijven of laten schrijven voor
den Drukker van H, Ho. Mo. en dat hij ze gedrukt en niet
geschreven aan onze gezanten zal toesturen en maar voor
ééns schrijven zal mogen declareeren.
Een beperking dus van de declaraties. Die waren in
dezen tijd ten zeerste opgeloopen. De drukker kon de
omvangrijke documenten niet gauw genoeg zetten, om