EEN HISTORISCH PLEKJE
62
een huys met het
de Zuidzijde van
Pieter
de huys-
huys en
venhage aen Johan Pieterss van Ree,
erff daertoe behoorende, gelegen aan
het Buytenhoff ten Westen van het huys van
Gillisz Kiggelaer, schrijnwercker. Er bij wordt vermeld:
„Dit perceel, tot nog toe gebruickt tot s Haechs ge-
vanckenisse, wordt verkocht met alsulcks recht en con
sent als op 30 Augustus 1601 en 11 Februari 1613 door
de Heeren van de Reeckeninge vergunt was”, ’t Wordt
verkocht voor een schuldbrief van 2000.
6 Maart 1613 verkoopt de Magistraat aen
vrouwe van Gijsbert Barentse, metselaer, een
erff, genaemd de „Diefsteen”.
Het wordt verkocht met hetzelfde recht als in de
vorige koopacte vermeld wordt. De koopsom is 2200.
Bij onwillich Decreet van 5 Maert 1618 verkoopt
Anthonis Croock, Eerste Deurwaarder van den Hove,
ten laste van Jan Pieterss van Rhee, jegenwoordich wo
nende te Amsterdam, aan Cornells Flory, Procureur van
den Hove van Holland, ten behoeve van de Magistraet,
een erff, genaemt de „Diefsteen” voor 600, en 27 Maart
1619 verkoopt de Magistraat van ’s-Gravenhage aan
Pieter Govertss van Riemsdijck, timmerman, „een erff
daer eertijds de huysinge van de Diefsteen op gestaan
heeft voor een rentebrief van 25 ’s jaars en een schuld
brief van 480 ’s jaars. 't Erf is belast met een recognitie
van 3 ’s jaars toekomende de „Heeren van de Reecke-
ningen”.
Het wordt verkocht met „alsulcke cessie ende consent
van begrotinge ende opbouwinge” als de Magistraat
,,’t selve erve mette huysinge doen daer op staende aan
Jan Pieterss van Rhee heeft verkocht”.
4 Januari 1620 verkoopt Pieter Govertss van Ryms-
dijck, timmerman, aan Heyndrick Doedeins, Commis van