lllL EEN BELEGERING VAN HET 84 mishandeld. Toen het den van het kasteel schoten uit het voren hadden hier vrij ernstige woelingen plaats ge had. Van regeeringswege was daarop een commissie benoemd om een onderzoek in te stellen met het gevolg, dat de Haagsche schout Dirck Willemsz. werd afgezet. In 1479 vertoefde de stadhouder, die een vriend van de Hoeken was, gedurende eenigen tijd op zijn bezittin gen in Zeeland. Tijdens zijn afwezigheid uit Den Haag zaten op een zomerdag eenigen van zijn dienaren met knechten van de Heeren Jan en Filips van Wassenaar, hoofden van de Kabeljauwsche partij, in een herberg in Den Haag te drinken. Het gesprek, dat de mannen daar bij voerden, leidde tot een hevige twist en van schelden kwam het aldra tot slaan en smijten. De dienaars van den stadhouder, die het minst in getal waren, namen de wijk, maar na eenigen tijd kwamen ze, aanzienlijk versterkt en nu terdege gewapend, voor de herberg terug. In minder vleiende taal daagden zij hun tegenstanders uit en, toen zij geen gehoor kregen, smeten zij de vensters in. Derge lijke relletjes herhaalden zich nu schier dagelijks. Eens, toen de valkeniers van den stadhouder met hun valken uit de duinen terugkeerden, werden zij op de Plaats door Kabeljauwen besprongen en valkeniers gelukt was om binnen de poort te vluchten, grepen zij hun haakbussen en kasteel op hun aanvallers daarbuiten. Dit voorval had ernstige gevolgen. Aanzienlijke Kabel jauwsche edelen, onder wie de reeds genoemde Heeren van Wassenaar en voorts de Heeren van Egmond, Cats, Kortgene en Reimerswaal, toonden zich hoogst veront waardigd over dit, in hun oogen verraderlijk, schieten van de dienaren van den stadhouder, waarbij een aantal van hun dienaren en medestanders gedood of gewond waren. De heeren zonden ijlings boden naar Delft, Lei den, Haarlem en Amsterdam, in welke steden zij een

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1942 | | pagina 103