LUGDUNUM BATAVORUM 136 r x) Vgl. J. Rhys, The Colligny Calendar (Proceedings British Academy 1909-10), biz. 219. 2) Deze zienswijze wordt ondermeer bevestigd door een bronzen beeldje, in 1872 te Landouzy-la-Ville (dep. Aisne) gevonden. De basis van dit beeldje, voorstellende een inheemsche godheid met een wiel in de linkerhand en in de rechter een voorwerp, dat verloren is gegaan, mogelijk een bliksemwapen of staf, draagt de volgende inscriptie: I(ovi) O(ptimo) M(aximo) et n(umini) Aug(usti). Zie A. B. Cook, Zeus I (Cambridge, 1914), biz. 288, noot 3. Met Lam' brechts (t.a.p., biz. 159 en 184) achten wij dezen god een der vele verschijningsvormen van den Gallischen hoofdgod. 3) Zie L. R. Taylor, The div. of the roman emperor (1931). waarvoor, op grond van hetgeen wij van elders gehouden Gallische feesten weten, gegronde vermoedens bestaan1 ligt het voor de hand, dat de vereering van den keizer in de plaats van een te Lyon op dien dag vereerden Gal lischen god is gekomen. Zooals wij gezien hebben, kan deze, het tijdstip van het feest in aanmerking genomen, bezwaarlijk de Gallische Mercurius zijn. Er is daarvoor bovendien nog een andere reden aan te voeren. Evenmin als men, door den keizer goddelijke eer te doen be wijzen, den Romeinschen god Juppiter wilde onttronen, kan het in de bedoeling hebben gelegen, hem de plaats van den hoogsten Gallischen god te doen innemen 2). Wat de keizercultus beoogde, was de verheerlijking van den keizer als een heros en heiland, in welke hoedanig heid hij nochtans ondergeschikt bleef aan den hoogsten god 3). Octavianus, de eerste keizer, die den naam Augus tus, welke welvaart en heiligheid inhield, voerde, was zelf de grondlegger van een heilbrengerscultus. Op den Palatijnschen heuvel te Rome, waarvan de eene helft voor hemzelf was ingeruimd, stichtte hij den prachtigen Apollo-tempel en leerde: ,,de heiland zij, zooals in oude tijden, de Delphische en Delische god van het licht en van de cultuur, Apollo, de stamvader van de gens

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1942 | | pagina 156