HAAGSCHE KUNSTVERZAMELINGEN 11 i de inrichting als het ware van nabij te bezien1). Daarbij treft ons het aantal en de kostbaarheid der gobelins, de pracht en de kleurigheid der meubileering en de voor keur voor de inderdaad bij deze omgeving passende schilderijen van Rubens, Van Dijck en de meesters der zgn. Utrechtsche school: Abraham Bloemaert, Saverij, Van Balen, Gerard Honthorst, Cornelis Poelenburg. In de woningen van dit kunstlievend vorstenpaar groeide inderdaad een rijke, princelijke collectie: voor het eerst is een echt verzamelaar en grootscheepsch be steller aan den arbeid. Na de voltooiing van het door Maurits begonnen Huis te Rijswijk en daarna vooral van Honselaarsdijk, nemen de bestellingen in aantal toe. Dank zij Huygens’ tusschenkomst krijgt Rembrandt de opdracht een reeks bijbelsche voorstellingen te schilde ren, die hij in de jaren 1634-’39 heeft af geleverd. Zij waren voor het paleis in het Noordeinde bestemd. Zij zijn thans, ziedaar de eerste Rembrandts, die in Haagsch bezit geweest zijn alle in de Alte Pinaco theek te München. Het stuk, dat Rembrandt uit erkentelijkheid voor deze vorstelijke, en goedbetaalde bestelling aan Huy gens ten geschenke gaf, is een ander voorbeeld van een naar elders verhuisd werk van den Meester: het is de als het meest barokke stuk van Rembrandt bekende blindmaking van Simson, thans in het Museum te Frank fort. Blijven wij even bij Rembrandts werk en Huygens’ omgeving, dan herinner ik aan het kleine portretje, thans in het Museum te Hamburg, van Constantijns broeder Maurits (afb. 2)Er bestaat een tweede portret van het- x) Uitgegeven in Oud-Holland 1940, waarbij verschillende nog bekende stukken zijn afgebeeld. Voor de kunstbelangstelling van het vorstenpaar zie F. W. Hudig, Frederik Hendrik en de kunst van zijn tijd.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1942 | | pagina 18