r LUGDUNUM BATAVORUM 188 j -*-) Zie Koenen, t.a.p., biz. 220. 2) Zie S. Muller Fz. en A. C. Bouman, Oorkondenboek van het Sticht I (Utrecht, 1920), biz. 44; A. Carnoy, Le sapin dans la toponymie beige (Leuvensche Bijdragen XVII, 1925, biz. 98-100). 3) Zie Collingwood, Romain Britain, biz. 190-191. burgerlijke nederzetting x), geschiedde dit vermoedelijk op eenigen afstand van de Bataafsche of Canninefaatsche nederzetting te Veur (Leidschendam)ten einde den geregelden omgang tusschen de soldaten en de inheem- sche inwoners niet in de hand te werken. Het centrum van die inheemsche nederzetting zal wellicht gezocht moeten worden om en bij het Burgland. Misschien ont stond zij uit een bij het heiligdom, dat er geweest kan zijn, gehouden markt. Of de naam Veur, in de oudste goederenlijst van de Utrechtsche kerk Fore gespeld, met mnl. fore, feur, afgeleid van lat. forum markt, dat men o.a. terugvindt in den naam van het Lyonsche stads gedeelte Fourvière, dan wel met oudhoogduitsch forha (Föhre) of angelsaksisch furh den (vurenhout) samen hangt, durven wij niet te beslissen2). In de 2de eeuw n. Chr. zou dan de romaniseering van het inheemsche Lugdunum kunnen hebben plaatsgehad. Men moet zich van dit geromaniseerde Lugdunum vooral geen te groote voorstelling maken, daar zulke platte- landssteden soms uit niet veel meer dan een paar steenen gebouwen, voor openbare doeleinden bestemd, temidden van uit hout en leem opgetrokken hutten be stonden 3). Of het daarbij tot een vicus met eigen res publica, of wel tot een municipium of kolonie werd ver heven, is niet met zekerheid uit te maken. Verleidelijk is het zeker, uit de raadselachtige letters A.M.A.E.C. (volgens een andere lezing A.M.A.F.C.) van den te Naaldwijk gevonden mijlpaal, die vermoedelijk een af-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1942 | | pagina 214