HET LAVENDIERSTERLAND IN HAAGAMBACHT
38
1) Het genoemde land komt in die oudste rekening tweemaal
voor, de eerste keer onder posten van in 1316 ontvangen achterstal
en daarbij vindt men de bedoelde toevoeging. Bij de tweede maal
vermelding leze men achter den naam Symon Mouwe 2 Ib 10 sc. in
plaats van 11 1b 10 sc., zooals in de uitgave van Hamaker staat.
De namen Pieter Beyer (of van zijn weduwe) en Kerstans
Spieghel (of later tot in 1351 toe van Jan Kerstand Spieghelsz.) zijn
meestal verbonden met de Knoopstok en slechts eens met het Laven-
diersterland. Dit kan wijzen op nauwe plaatselijke verbondenheid
van de Knoopstok en het Lavendiersterland, zoo het geen onnauw
keurigheid is. Doch sterker dan Dr. van Gelder zie ik overigens in
de plaats in de rekening een aanwijzing van ligging bij de Knoopstok,
dus in het westambacht van Den Haag.
hoe dit zij, voor de ontwikkeling der bewoning in ’s Gra
ven ambacht van der Haghe heeft het lavengiersterland
niet heel veel te beduiden”.
Zoo ik mij niet vergis, zijn er in geen enkele geschie
denis van Den Haag zooveel woorden aan het Laven
giersterland gewijd als in het zoo juist aangehaalde werk
en wat Dr. van Gelder er over meedeelt, mag als een
samenvatting van onze magere kennis over dit brokje
Haagsch gebied gelden. Wanneer ik het er toch op waag
het Lavengiersterland nog eens ten tooneele te voeren,
dan geschiedt dat niet, omdat ik heel veel nieuws maar
toch wel iets aan het bovenstaande weet toe te voe
gen, doch in hoofdzaak om den aard van dit stukje land
van een eenigszins andere zijde te belichten. In verband
daarmee zal het nuttig zijn het relaas van Dr. van Gelder
eerst met eenige nadere en uitvoeriger gegevens uit de
bronnen aan te vullen.
Van erfhuurders te spreken lijkt mij althans voor het
jaar 1316 minder juist, want in die eerstbewaarde rent-
meestersrekening staat op een van de twee plaatsen van
vermelding van dit land: (landhuren) van de lavengier-
ster land dat men verhuert bi jaerigher hure. x) Behalve