HET HOF VAN FRIESLAND
63
x) Waarschijnlijk worden hier bedoeld de tapiserieën van d’His-
tory Perseus van Ovidius, die gehangen hebben in de Camer van
froulijn van Poortugael ende van Solms. Zie Inventaris van de
meubelen van het Stadhouderlijk kwartier enz. door S. W. A.
Drossaers in Oud-Holland afl. V. 1930 p. 208.
behangen met
de historie van
een ver
in Haar Hoogheids kamer, behangen met vijf stuk
ken blauw damast met „onfijne gouden franje” stonden
verschillende meubelen, die alle van het Binnenhof af
komstig waren, waaronder een ledikant met hetzelfde
damast en „onfijn” goud en een „verlakte Oost-Indische
tafel”.
In het kabinet was een behangsel van groene kaffa
op een goud gekleurden grond, dat met vier dito leun
stoelen, een groen taboretje, een groen zijden glasgor
dijn en een „noteboome” kistje met laden en koper be
slag, die eveneens van het Binnenhof gekomen waren.
In de kamer stond verder nog een „noteboome”
schrijftafel.
Boven de deur zag men twee geschilderde bloem
potten en boven den schoorsteen een geschilderde
Minerva.
Haar Hoogheids presentiekamer was
acht stukken tapijt waarvan er zes
Ovidius x) voorstelden en de beide andere ieder
schillende voorstelling te zien gaven.
Boven den schoorsteen hing een schilderij van den
„Zaligmaker met de overspelige vrouw” en boven de
deuren een bloemstuk. Voor de deuren hingen kleeden
van groene kaffa op een „couleur de feu gront”, die
met een olijven tafel en twee dito guéridons van het
Binnenhof gekomen waren. Behalve tien rood damasten
leunstoelen waren er nog verschillende andere meubelen
in dit vertrek aanwezig. Bij de Presentiekamer behoorde