DE RAAMWEG EN DE OUDE GRENS
104
wildernis onmiddellijk oost van het zoo juist bedoelde
gebied, anderzijds. Dat deze grens tusschen die beide
voor zoo verschillend gebruik bestemde grondstukken de
aangewezen plaats was voor het ontstaan van een open
baren weg, die het gebied ten zuiden van den zandrug
met den heerweg door het Bosch naar Leiden verbond,
valt gemakkelijk te begrijpen, wanneer men bedenkt, dat
tusschen de Hoogstraat en het oostelijk uiteinde van het
Bosch geen andere strook daarvoor in aanmerking kon
komen. Tusschen Hoogstraat en Lange Houtstraat niet,
omdat daar de gebouwen met hun omgraving lagen;
oostwaarts van de Lange Houtstraat niet, omdat elke
weg, die zuid en noord zou moeten verbinden, daar
dwars door de wildernis zijn loop had moeten nemen,
wat niet in de lijn lag van de zooveel mogelijk ongerepte
instandhouding van de Haghehout als wildernis en jacht
gebied. Maar tusschen het gebouwencomplex van het
kasteel en de wildernis van de oude Koekamp lag een
smalle overgangsstrook, waar zoo’n weg zonder bezwaar
aan te leggen viel. Men kan de Lange Poten, de zuid
en oostzijde van het Plein en de Lange Houtstraat be
schouwen als een aan de zuid- en oostzijde van het Hof
loopende tegenhanger van het Achterom en de Hoog
straat. Er is volstrekt geen noodzaak den loop van de
Lange Houtstraat met overspringen van een tiental
eeuwen te willen terugleiden op een weg uit den Romein-
schen tijd.
Aangaande het verbindingsstuk tusschen de Lange
Houtstraat en den noordelijken Denneweg valt weinig
anders te vermelden dan dat het aan de oostzij liep van
het groote vierhoekige terrein, dat vermoedelijk in den
aanvang als één geheel het Voorhout, den Langen Vijver
berg, de Hooge Nieuwstraat en den Kneuterdijk omvatte.
Als zelfstandig deel van de wildernis zal het oorspron-